Uiteenjagen (to scatter) conjugation

Dutch
3 examples

Conjugation of uiteenjagen

Ik
Jij/Je/U
Hij/Zij/Het
Wij/We
Jullie
Zij
Present tense
jaag uiteen
I scatter
jaagt uiteen
you scatter
jaagt uiteen
he/she/it scatters
jagen uiteen
we scatter
jagen uiteen
you all scatter
jagen uiteen
they scatter
Present perfect tense
heb uiteengejaagd
I have scattered
hebt uiteengejaagd
you have scattered
heeft uiteengejaagd
he/she/it has scattered
hebben uiteengejaagd
we have scattered
hebben uiteengejaagd
you all have scattered
hebben uiteengejaagd
they have scattered
Past tense
jaagde uiteen;joeg uiteen
I scattered
jaagde uiteen;joeg uiteen
you scattered
jaagde uiteen;joeg uiteen
he/she/it scattered
jaagden uiteen;joegen uiteen
we scattered
jaagden uiteen;joegen uiteen
you all scattered
jaagden uiteen;joegen uiteen
they scattered
Future tense
zal uiteenjagen
I will scatter
zult uiteenjagen
you will scatter
zal uiteenjagen
he/she/it will scatter
zullen uiteenjagen
we will scatter
zullen uiteenjagen
you all will scatter
zullen uiteenjagen
they will scatter
Ik
Jij/Je/U
Hij/Zij/Het
Wij/We
Jullie
Zij
Conditional mood
zou uiteenjagen
I would scatter
zou uiteenjagen
you would scatter
zou uiteenjagen
he/she/it would scatter
zouden uiteenjagen
we would scatter
zouden uiteenjagen
you all would scatter
zouden uiteenjagen
they would scatter
Subjunctive mood
jage uiteen
I scatter
jage uiteen
you scatter
jage uiteen
he/she/it scatter
jage uiteen
we scatter
jage uiteen
you all scatter
jage uiteen
they scatter
Past perfect tense
had uiteengejaagd
I had scattered
had uiteengejaagd
you had scattered
had uiteengejaagd
he/she/it had scattered
hadden uiteengejaagd
we had scattered
hadden uiteengejaagd
you all had scattered
hadden uiteengejaagd
they had scattered
Future perf.
zal uiteengejaagd hebben
I will have scattered
zal uiteengejaagd hebben
you will have scattered
zal uiteengejaagd hebben
he/she/it will have scattered
zullen uiteengejaagd hebben
we will have scattered
zullen uiteengejaagd hebben
you all will have scattered
zullen uiteengejaagd hebben
they will have scattered
Ik
Jij/Je/U
Hij/Zij/Het
Wij/We
Jullie
Zij
Conditional perfect tense
zou uiteengejaagd hebben
I would have scattered
zou uiteengejaagd hebben
you would have scattered
zou uiteengejaagd hebben
he/she/it would have scattered
zouden uiteengejaagd hebben
we would have scattered
zouden uiteengejaagd hebben
you all would have scattered
zouden uiteengejaagd hebben
they would have scattered
Present bijzin tense
uiteenjaag
I scatter
uiteenjaagt
you scatter
uiteenjaagt
he/she/it scatters
uiteenjagen
we scatter
uiteenjagen
you all scatter
uiteenjagen
they scatter
Past bijzin tense
uiteenjaagde;uiteenjoeg
I scattered
uiteenjaagde;uiteenjoeg
you scattered
uiteenjaagde;uiteenjoeg
he/she/it scattered
uiteenjaagden;uiteenjoegen
we scattered
uiteenjaagden;uiteenjoegen
you all scattered
uiteenjaagden;uiteenjoegen
they scattered
Future bijzin tense
zal uiteenjagen
I will scatter
zult uiteenjagen
you will scatter
zal uiteenjagen
he/she/it will scatter
zullen uiteenjagen
we will scatter
zullen uiteenjagen
you all will scatter
zullen uiteenjagen
they will scatter
Ik
Jij/Je/U
Hij/Zij/Het
Wij/We
Jullie
Zij
Conditional bijzin mood
zou uiteenjagen
I would scatter
zou uiteenjagen
you would scatter
zou uiteenjagen
he/she/it would scatter
zouden uiteenjagen
we would scatter
zouden uiteenjagen
you all would scatter
zouden uiteenjagen
they would scatter
Subjunctive bijzin mood
uiteenjage
I scatter
uiteenjage
you scatter
uiteenjage
he/she/it scatter
uiteenjage
we scatter
uiteenjage
you all scatter
uiteenjage
they scatter
Du
Ihr
Imperative mood
jaag uiteen
scatter
jaagt uiteen
scatter

Examples of uiteenjagen

Example in DutchTranslation in English
Hij wil deze kudde hebben of hem uiteenjagen.He means to have this herd or scatter it to the wind.
Zoals ik het zie, kunnen we de kudde verlaten en vluchten... of jij en ik rijden 't donker in en houden ze tegen... voordat ze de kudde uiteenjagen.Way I figure it, we can leave the cattle and run, or you and me can go in the dark and stop them before they scatter the herd.
En in Cañadón León, heeft hij ze uiteengejaagd.And in Cañadón León, he's left them scattered.

More Dutch verbs

Related

Not found
We have none.

Similar

Not found
We have none.

Similar but longer

Not found
We have none.

Other Dutch verbs with the meaning similar to 'scatter':

None found.
Learning languages?