Toevallen (to accrue to) conjugation

Dutch

Conjugation of toevallen

Ik
Jij/Je/U
Hij/Zij/Het
Wij/We
Jullie
Zij
Present tense
val toe
I accrue to
valt toe
you accrue to
valt toe
he/she/it accrues to
vallen toe
we accrue to
vallen toe
you all accrue to
vallen toe
they accrue to
Present perfect tense
ben toegevallen
I have accrued to
bent toegevallen
you have accrued to
is toegevallen
he/she/it has accrued to
zijn toegevallen
we have accrued to
zijn toegevallen
you all have accrued to
zijn toegevallen
they have accrued to
Past tense
viel toe
I accrued to
viel toe
you accrued to
viel toe
he/she/it accrued to
vielen toe
we accrued to
vielen toe
you all accrued to
vielen toe
they accrued to
Future tense
zal toevallen
I will accrue to
zult toevallen
you will accrue to
zal toevallen
he/she/it will accrue to
zullen toevallen
we will accrue to
zullen toevallen
you all will accrue to
zullen toevallen
they will accrue to
Ik
Jij/Je/U
Hij/Zij/Het
Wij/We
Jullie
Zij
Conditional mood
zou toevallen
I would accrue to
zou toevallen
you would accrue to
zou toevallen
he/she/it would accrue to
zouden toevallen
we would accrue to
zouden toevallen
you all would accrue to
zouden toevallen
they would accrue to
Subjunctive mood
valle toe
I accrue to
valle toe
you accrue to
valle toe
he/she/it accrue to
valle toe
we accrue to
valle toe
you all accrue to
valle toe
they accrue to
Past perfect tense
was toegevallen
I had accrued to
was toegevallen
you had accrued to
was toegevallen
he/she/it had accrued to
waren toegevallen
we had accrued to
waren toegevallen
you all had accrued to
waren toegevallen
they had accrued to
Future perf.
zal toegevallen zijn
I will have accrued to
zal toegevallen zijn
you will have accrued to
zal toegevallen zijn
he/she/it will have accrued to
zullen toegevallen zijn
we will have accrued to
zullen toegevallen zijn
you all will have accrued to
zullen toegevallen zijn
they will have accrued to
Ik
Jij/Je/U
Hij/Zij/Het
Wij/We
Jullie
Zij
Conditional perfect tense
zou toegevallen zijn
I would have accrued to
zou toegevallen zijn
you would have accrued to
zou toegevallen zijn
he/she/it would have accrued to
zouden toegevallen zijn
we would have accrued to
zouden toegevallen zijn
you all would have accrued to
zouden toegevallen zijn
they would have accrued to
Present bijzin tense
toeval
I accrue to
toevalt
you accrue to
toevalt
he/she/it accrues to
toevallen
we accrue to
toevallen
you all accrue to
toevallen
they accrue to
Past bijzin tense
toeviel
I accrued to
toeviel
you accrued to
toeviel
he/she/it accrued to
toevielen
we accrued to
toevielen
you all accrued to
toevielen
they accrued to
Future bijzin tense
zal toevallen
I will accrue to
zult toevallen
you will accrue to
zal toevallen
he/she/it will accrue to
zullen toevallen
we will accrue to
zullen toevallen
you all will accrue to
zullen toevallen
they will accrue to
Ik
Jij/Je/U
Hij/Zij/Het
Wij/We
Jullie
Zij
Conditional bijzin mood
zou toevallen
I would accrue to
zou toevallen
you would accrue to
zou toevallen
he/she/it would accrue to
zouden toevallen
we would accrue to
zouden toevallen
you all would accrue to
zouden toevallen
they would accrue to
Subjunctive bijzin mood
toevalle
I accrue to
toevalle
you accrue to
toevalle
he/she/it accrue to
toevalle
we accrue to
toevalle
you all accrue to
toevalle
they accrue to
Du
Ihr
Imperative mood
val to
accrue to
valt t
accrue to

More Dutch verbs

Related

Not found
We have none.

Similar

meevallen
exceed expectation
toerollen
do
toetellen
join up

Similar but longer

Not found
We have none.

Random

tochten
regret
toefluisteren
whisper
toeschreeuwen
shout
toesmakken
do
toetsen
test
toeven
stay
toewerken
do
tongzoenen
french kissing
tonnen
do
tonsureren
do

Other Dutch verbs with the meaning similar to 'accrue to':

None found.
Learning languages?