Toebereiden (to prepare) conjugation

Dutch
3 examples

Conjugation of toebereiden

Ik
Jij/Je/U
Hij/Zij/Het
Wij/We
Jullie
Zij
Present tense
bereid toe
I prepare
bereidt toe
you prepare
bereidt toe
he/she/it prepares
bereiden toe
we prepare
bereiden toe
you all prepare
bereiden toe
they prepare
Present perfect tense
heb toebereid
I have prepared
hebt toebereid
you have prepared
heeft toebereid
he/she/it has prepared
hebben toebereid
we have prepared
hebben toebereid
you all have prepared
hebben toebereid
they have prepared
Past tense
bereidde toe
I prepared
bereidde toe
you prepared
bereidde toe
he/she/it prepared
bereidden toe
we prepared
bereidden toe
you all prepared
bereidden toe
they prepared
Future tense
zal toebereiden
I will prepare
zult toebereiden
you will prepare
zal toebereiden
he/she/it will prepare
zullen toebereiden
we will prepare
zullen toebereiden
you all will prepare
zullen toebereiden
they will prepare
Ik
Jij/Je/U
Hij/Zij/Het
Wij/We
Jullie
Zij
Conditional mood
zou toebereiden
I would prepare
zou toebereiden
you would prepare
zou toebereiden
he/she/it would prepare
zouden toebereiden
we would prepare
zouden toebereiden
you all would prepare
zouden toebereiden
they would prepare
Subjunctive mood
bereide toe
I prepare
bereide toe
you prepare
bereide toe
he/she/it prepare
bereide toe
we prepare
bereide toe
you all prepare
bereide toe
they prepare
Past perfect tense
had toebereid
I had prepared
had toebereid
you had prepared
had toebereid
he/she/it had prepared
hadden toebereid
we had prepared
hadden toebereid
you all had prepared
hadden toebereid
they had prepared
Future perf.
zal toebereid hebben
I will have prepared
zal toebereid hebben
you will have prepared
zal toebereid hebben
he/she/it will have prepared
zullen toebereid hebben
we will have prepared
zullen toebereid hebben
you all will have prepared
zullen toebereid hebben
they will have prepared
Ik
Jij/Je/U
Hij/Zij/Het
Wij/We
Jullie
Zij
Conditional perfect tense
zou toebereid hebben
I would have prepared
zou toebereid hebben
you would have prepared
zou toebereid hebben
he/she/it would have prepared
zouden toebereid hebben
we would have prepared
zouden toebereid hebben
you all would have prepared
zouden toebereid hebben
they would have prepared
Present bijzin tense
toebereid
I prepare
toebereidt
you prepare
toebereidt
he/she/it prepares
toebereiden
we prepare
toebereiden
you all prepare
toebereiden
they prepare
Past bijzin tense
toebereidde
I prepared
toebereidde
you prepared
toebereidde
he/she/it prepared
toebereidden
we prepared
toebereidden
you all prepared
toebereidden
they prepared
Future bijzin tense
zal toebereiden
I will prepare
zult toebereiden
you will prepare
zal toebereiden
he/she/it will prepare
zullen toebereiden
we will prepare
zullen toebereiden
you all will prepare
zullen toebereiden
they will prepare
Ik
Jij/Je/U
Hij/Zij/Het
Wij/We
Jullie
Zij
Conditional bijzin mood
zou toebereiden
I would prepare
zou toebereiden
you would prepare
zou toebereiden
he/she/it would prepare
zouden toebereiden
we would prepare
zouden toebereiden
you all would prepare
zouden toebereiden
they would prepare
Subjunctive bijzin mood
toebereide
I prepare
toebereide
you prepare
toebereide
he/she/it prepare
toebereide
we prepare
toebereide
you all prepare
toebereide
they prepare
Du
Ihr
Imperative mood
bereid to
prepare
bereidt t
prepare

Examples of toebereiden

Example in DutchTranslation in English
De volgende keer dat je ergens van afziet, wees er dan ook echt bereid toe.And the next time you walk away from the table, be prepared to walk away from the table.
Ik ben bereid toe te geven dat die Moon Calves... waarschijnlijk geen totale oorlog verdienen.- What's the point? I'm prepared to admit that these Mooncalves probably don't merit... the full ATF fire-bombing treatment.
En ik, Johannes, zag de heilige stad, het nieuwe Jeruzalem nederdalende van God uit de hemel toebereid als een bruid die voor haar man versierd is."And I, John, saw the Holy City, New Jerusalem, "coming down from God out of heaven, "prepared as a bride adorned for her husband."

More Dutch verbs

Related

Not found
We have none.

Similar

Not found
We have none.

Similar but longer

Not found
We have none.

Other Dutch verbs with the meaning similar to 'prepare':

None found.
Learning languages?