Speak any language with confidence

Take our quick quiz to start your journey to fluency today!

Get started

Terugvertalen (to put back) conjugation

Dutch
Ik
Jij/Je/U
Hij/Zij/Het
Wij/We
Jullie
Zij
Present tense
vertaal terug
vertaalt terug
vertaalt terug
vertalen terug
vertalen terug
vertalen terug
Present perfect tense
heb terugvertaald
hebt terugvertaald
heeft terugvertaald
hebben terugvertaald
hebben terugvertaald
hebben terugvertaald
Past tense
vertaalde terug
vertaalde terug
vertaalde terug
vertaalden terug
vertaalden terug
vertaalden terug
Future tense
zal terugvertalen
zult terugvertalen
zal terugvertalen
zullen terugvertalen
zullen terugvertalen
zullen terugvertalen
Ik
Jij/Je/U
Hij/Zij/Het
Wij/We
Jullie
Zij
Conditional mood
zou terugvertalen
zou terugvertalen
zou terugvertalen
zouden terugvertalen
zouden terugvertalen
zouden terugvertalen
Subjunctive mood
vertale terug
vertale terug
vertale terug
vertale terug
vertale terug
vertale terug
Past perfect tense
had terugvertaald
had terugvertaald
had terugvertaald
hadden terugvertaald
hadden terugvertaald
hadden terugvertaald
Future perf.
zal terugvertaald hebben
zal terugvertaald hebben
zal terugvertaald hebben
zullen terugvertaald hebben
zullen terugvertaald hebben
zullen terugvertaald hebben
Ik
Jij/Je/U
Hij/Zij/Het
Wij/We
Jullie
Zij
Conditional perfect tense
zou terugvertaald hebben
zou terugvertaald hebben
zou terugvertaald hebben
zouden terugvertaald hebben
zouden terugvertaald hebben
zouden terugvertaald hebben
Present bijzin tense
terugvertaal
terugvertaalt
terugvertaalt
terugvertalen
terugvertalen
terugvertalen
Past bijzin tense
terugvertaalde
terugvertaalde
terugvertaalde
terugvertaalden
terugvertaalden
terugvertaalden
Future bijzin tense
zal terugvertalen
zult terugvertalen
zal terugvertalen
zullen terugvertalen
zullen terugvertalen
zullen terugvertalen
Ik
Jij/Je/U
Hij/Zij/Het
Wij/We
Jullie
Zij
Conditional bijzin mood
zou terugvertalen
zou terugvertalen
zou terugvertalen
zouden terugvertalen
zouden terugvertalen
zouden terugvertalen
Subjunctive bijzin mood
terugvertale
terugvertale
terugvertale
terugvertale
terugvertale
terugvertale
Du
Ihr
Imperative mood
vertaal terug
vertaalt terug

More Dutch verbs

Related

Not found
We have none.

Similar

Not found
We have none.

Similar but longer

Not found
We have none.

Random

telefoneren
telephone
temperen
temper
terugkomen
return
terugrijden
back ride
terugsluizen
do
terugtellen
countdown
terugveren
rebound
terugvinden
retrieve
teugelen
rein
tierelieren
tier winches

Other Dutch verbs with the meaning similar to 'put back':

None found.