Soigneren (to do) conjugation

Dutch

Conjugation of soigneren

Ik
Jij/Je/U
Hij/Zij/Het
Wij/We
Jullie
Zij
Present tense
soigneer
I do
soigneert
you do
soigneert
he/she/it does
soigneren
we do
soigneren
you all do
soigneren
they do
Present perfect tense
heb gesoigneerd
I have done
hebt gesoigneerd
you have done
heeft gesoigneerd
he/she/it has done
hebben gesoigneerd
we have done
hebben gesoigneerd
you all have done
hebben gesoigneerd
they have done
Past tense
soigneerde
I did
soigneerde
you did
soigneerde
he/she/it did
soigneerden
we did
soigneerden
you all did
soigneerden
they did
Future tense
zal soigneren
I will do
zult soigneren
you will do
zal soigneren
he/she/it will do
zullen soigneren
we will do
zullen soigneren
you all will do
zullen soigneren
they will do
Ik
Jij/Je/U
Hij/Zij/Het
Wij/We
Jullie
Zij
Conditional mood
zou soigneren
I would do
zou soigneren
you would do
zou soigneren
he/she/it would do
zouden soigneren
we would do
zouden soigneren
you all would do
zouden soigneren
they would do
Subjunctive mood
soignere
I do
soignere
you do
soignere
he/she/it do
soignere
we do
soignere
you all do
soignere
they do
Past perfect tense
had gesoigneerd
I had done
had gesoigneerd
you had done
had gesoigneerd
he/she/it had done
hadden gesoigneerd
we had done
hadden gesoigneerd
you all had done
hadden gesoigneerd
they had done
Future perf.
zal gesoigneerd hebben
I will have done
zal gesoigneerd hebben
you will have done
zal gesoigneerd hebben
he/she/it will have done
zullen gesoigneerd hebben
we will have done
zullen gesoigneerd hebben
you all will have done
zullen gesoigneerd hebben
they will have done
Ik
Jij/Je/U
Hij/Zij/Het
Wij/We
Jullie
Zij
Conditional perfect tense
zou gesoigneerd hebben
I would have done
zou gesoigneerd hebben
you would have done
zou gesoigneerd hebben
he/she/it would have done
zouden gesoigneerd hebben
we would have done
zouden gesoigneerd hebben
you all would have done
zouden gesoigneerd hebben
they would have done
Du
Ihr
Imperative mood
soigneer
do
soigneert
do

More Dutch verbs

Related

Not found
We have none.

Similar

aligneren
do
stagneren
stagnate

Similar but longer

Not found
We have none.

Random

smikkelen
do
sneeuwballen
snow balls
snerpen
shrill
snuisteren
do
soggen
do
solderen
solder
sparren
do
specialiseren
settle down
specificeren
specify
spelevaren
boat

Other Dutch verbs with the meaning similar to 'do':

None found.
Learning languages?