Seculariseren (to secularize) conjugation

Dutch
1 examples

Conjugation of seculariseren

Ik
Jij/Je/U
Hij/Zij/Het
Wij/We
Jullie
Zij
Present tense
seculariseer
I secularize
seculariseert
you secularize
seculariseert
he/she/it secularizes
seculariseren
we secularize
seculariseren
you all secularize
seculariseren
they secularize
Present perfect tense
heb geseculariseerd
I have secularized
hebt geseculariseerd
you have secularized
heeft geseculariseerd
he/she/it has secularized
hebben geseculariseerd
we have secularized
hebben geseculariseerd
you all have secularized
hebben geseculariseerd
they have secularized
Past tense
seculariseerde
I secularized
seculariseerde
you secularized
seculariseerde
he/she/it secularized
seculariseerden
we secularized
seculariseerden
you all secularized
seculariseerden
they secularized
Future tense
zal seculariseren
I will secularize
zult seculariseren
you will secularize
zal seculariseren
he/she/it will secularize
zullen seculariseren
we will secularize
zullen seculariseren
you all will secularize
zullen seculariseren
they will secularize
Ik
Jij/Je/U
Hij/Zij/Het
Wij/We
Jullie
Zij
Conditional mood
zou seculariseren
I would secularize
zou seculariseren
you would secularize
zou seculariseren
he/she/it would secularize
zouden seculariseren
we would secularize
zouden seculariseren
you all would secularize
zouden seculariseren
they would secularize
Subjunctive mood
secularisere
I secularize
secularisere
you secularize
secularisere
he/she/it secularize
secularisere
we secularize
secularisere
you all secularize
secularisere
they secularize
Past perfect tense
had geseculariseerd
I had secularized
had geseculariseerd
you had secularized
had geseculariseerd
he/she/it had secularized
hadden geseculariseerd
we had secularized
hadden geseculariseerd
you all had secularized
hadden geseculariseerd
they had secularized
Future perf.
zal geseculariseerd hebben
I will have secularized
zal geseculariseerd hebben
you will have secularized
zal geseculariseerd hebben
he/she/it will have secularized
zullen geseculariseerd hebben
we will have secularized
zullen geseculariseerd hebben
you all will have secularized
zullen geseculariseerd hebben
they will have secularized
Ik
Jij/Je/U
Hij/Zij/Het
Wij/We
Jullie
Zij
Conditional perfect tense
zou geseculariseerd hebben
I would have secularized
zou geseculariseerd hebben
you would have secularized
zou geseculariseerd hebben
he/she/it would have secularized
zouden geseculariseerd hebben
we would have secularized
zouden geseculariseerd hebben
you all would have secularized
zouden geseculariseerd hebben
they would have secularized
Du
Ihr
Imperative mood
seculariseer
secularize
seculariseert
secularize

Examples of seculariseren

Example in DutchTranslation in English
Maar de Kerk was de eerste om privaat eigendom te seculariseren.But if Church was the first one in secularize the private property

More Dutch verbs

Related

Not found
We have none.

Similar

Not found
We have none.

Similar but longer

Not found
We have none.

Random

scholpen
do
schoppen
kick
schrijden
stride
schrobben
scare
schroeien
do
schuimen
foam
schutteren
do
seconderen
seal
segmenteren
segment
sjezen
flunk

Other Dutch verbs with the meaning similar to 'secularize':

None found.
Learning languages?