Rondmaken (to round) conjugation

Dutch
6 examples

Conjugation of rondmaken

Ik
Jij/Je/U
Hij/Zij/Het
Wij/We
Jullie
Zij
Present tense
maak rond
I round
maakt rond
you round
maakt rond
he/she/it rounds
maken rond
we round
maken rond
you all round
maken rond
they round
Present perfect tense
heb rondgemaakt
I have rounded
hebt rondgemaakt
you have rounded
heeft rondgemaakt
he/she/it has rounded
hebben rondgemaakt
we have rounded
hebben rondgemaakt
you all have rounded
hebben rondgemaakt
they have rounded
Past tense
maakte rond
I rounded
maakte rond
you rounded
maakte rond
he/she/it rounded
maakten rond
we rounded
maakten rond
you all rounded
maakten rond
they rounded
Future tense
zal rondmaken
I will round
zult rondmaken
you will round
zal rondmaken
he/she/it will round
zullen rondmaken
we will round
zullen rondmaken
you all will round
zullen rondmaken
they will round
Ik
Jij/Je/U
Hij/Zij/Het
Wij/We
Jullie
Zij
Conditional mood
zou rondmaken
I would round
zou rondmaken
you would round
zou rondmaken
he/she/it would round
zouden rondmaken
we would round
zouden rondmaken
you all would round
zouden rondmaken
they would round
Subjunctive mood
make rond
I round
make rond
you round
make rond
he/she/it round
make rond
we round
make rond
you all round
make rond
they round
Past perfect tense
had rondgemaakt
I had rounded
had rondgemaakt
you had rounded
had rondgemaakt
he/she/it had rounded
hadden rondgemaakt
we had rounded
hadden rondgemaakt
you all had rounded
hadden rondgemaakt
they had rounded
Future perf.
zal rondgemaakt hebben
I will have rounded
zal rondgemaakt hebben
you will have rounded
zal rondgemaakt hebben
he/she/it will have rounded
zullen rondgemaakt hebben
we will have rounded
zullen rondgemaakt hebben
you all will have rounded
zullen rondgemaakt hebben
they will have rounded
Ik
Jij/Je/U
Hij/Zij/Het
Wij/We
Jullie
Zij
Conditional perfect tense
zou rondgemaakt hebben
I would have rounded
zou rondgemaakt hebben
you would have rounded
zou rondgemaakt hebben
he/she/it would have rounded
zouden rondgemaakt hebben
we would have rounded
zouden rondgemaakt hebben
you all would have rounded
zouden rondgemaakt hebben
they would have rounded
Present bijzin tense
rondmaak
I round
rondmaakt
you round
rondmaakt
he/she/it rounds
rondmaken
we round
rondmaken
you all round
rondmaken
they round
Past bijzin tense
rondmaakte
I rounded
rondmaakte
you rounded
rondmaakte
he/she/it rounded
rondmaakten
we rounded
rondmaakten
you all rounded
rondmaakten
they rounded
Future bijzin tense
zal rondmaken
I will round
zult rondmaken
you will round
zal rondmaken
he/she/it will round
zullen rondmaken
we will round
zullen rondmaken
you all will round
zullen rondmaken
they will round
Ik
Jij/Je/U
Hij/Zij/Het
Wij/We
Jullie
Zij
Conditional bijzin mood
zou rondmaken
I would round
zou rondmaken
you would round
zou rondmaken
he/she/it would round
zouden rondmaken
we would round
zouden rondmaken
you all would round
zouden rondmaken
they would round
Subjunctive bijzin mood
rondmake
I round
rondmake
you round
rondmake
he/she/it round
rondmake
we round
rondmake
you all round
rondmake
they round
Du
Ihr
Imperative mood
maak rond
round
maakt ron
round

Examples of rondmaken

Example in DutchTranslation in English
Ok, mensen, handen op elkaar want het is tijd om de Growler te verwelkomen, Sparky, die zijn traditionele 7de inning wandeling maakt rond het binnenplein met veld eigenaar Lloyd Waterman.Okay, people, on your feet because it's time to welcome the Growler himself, Sparky taking his seventh inning stroll around the infield... - ...with ballpark owner, Lloyd Waterman.
Als de kerstman rendieren kan laten vliegen en zoveel speelgoed kan maken rond de wereld kan vliegen, kan hij ook iemand een huis geven en een broer...en een vader.If Santa Claus really can make reindeer fly and go up and down people's chimneys and make millions of toys and go around the world in one night, he could get somebody a house and a brother...and a dad.
Alsof ik geen tierelantijnen kan maken rond een eendenboutje.As if I didn't know how to make frills around a duck!
Dames en heren, zorgt u ervoor uw riemen goed vast te maken rond uw middel.Ladies and gentleman, please be sure to fasten your seat belts... tightly around your waist.
Ik zal in de winkel zijn tot vijf uur... en dan misschien proberen mensen aan het lachen te maken rond half negen vanavond.I am gonna be at the store until 5:00 and then maybe attempting to make people laugh around 8:30.
Omdat ik wist dat de enige manier zouden we het te maken rond deze tijd Is als ik stond op mijn eigen.Because I knew the only way we'd make it this time around is if I stood on my own.

More Dutch verbs

Related

Not found
We have none.

Similar

Not found
We have none.

Similar but longer

Not found
We have none.

Other Dutch verbs with the meaning similar to 'round':

None found.
Learning languages?