Speak any language with confidence

Take our quick quiz to start your journey to fluency today!

Get started

Prijsgeven (to pierce) conjugation

Dutch
Ik
Jij/Je/U
Hij/Zij/Het
Wij/We
Jullie
Zij
Present tense
geef prijs
geeft prijs
geeft prijs
geven prijs
geven prijs
geven prijs
Present perfect tense
heb prijsgegeven
hebt prijsgegeven
heeft prijsgegeven
hebben prijsgegeven
hebben prijsgegeven
hebben prijsgegeven
Past tense
gaf prijs
gaf prijs
gaf prijs
gaven prijs
gaven prijs
gaven prijs
Future tense
zal prijsgeven
zult prijsgeven
zal prijsgeven
zullen prijsgeven
zullen prijsgeven
zullen prijsgeven
Ik
Jij/Je/U
Hij/Zij/Het
Wij/We
Jullie
Zij
Conditional mood
zou prijsgeven
zou prijsgeven
zou prijsgeven
zouden prijsgeven
zouden prijsgeven
zouden prijsgeven
Subjunctive mood
geve prijs
geve prijs
geve prijs
geve prijs
geve prijs
geve prijs
Past perfect tense
had prijsgegeven
had prijsgegeven
had prijsgegeven
hadden prijsgegeven
hadden prijsgegeven
hadden prijsgegeven
Future perf.
zal prijsgegeven hebben
zal prijsgegeven hebben
zal prijsgegeven hebben
zullen prijsgegeven hebben
zullen prijsgegeven hebben
zullen prijsgegeven hebben
Ik
Jij/Je/U
Hij/Zij/Het
Wij/We
Jullie
Zij
Conditional perfect tense
zou prijsgegeven hebben
zou prijsgegeven hebben
zou prijsgegeven hebben
zouden prijsgegeven hebben
zouden prijsgegeven hebben
zouden prijsgegeven hebben
Present bijzin tense
prijsgeef
prijsgeeft
prijsgeeft
prijsgeven
prijsgeven
prijsgeven
Past bijzin tense
prijsgaf
prijsgaf
prijsgaf
prijsgaven
prijsgaven
prijsgaven
Future bijzin tense
zal prijsgeven
zult prijsgeven
zal prijsgeven
zullen prijsgeven
zullen prijsgeven
zullen prijsgeven
Ik
Jij/Je/U
Hij/Zij/Het
Wij/We
Jullie
Zij
Conditional bijzin mood
zou prijsgeven
zou prijsgeven
zou prijsgeven
zouden prijsgeven
zouden prijsgeven
zouden prijsgeven
Subjunctive bijzin mood
prijsgeve
prijsgeve
prijsgeve
prijsgeve
prijsgeve
prijsgeve
Du
Ihr
Imperative mood
geef prijs
geeft prijs

More Dutch verbs

Related

Not found
We have none.

Similar

Not found
We have none.

Similar but longer

Not found
We have none.

Random

plaveien
pave
prakken
do
prediceren
specify
predomineren
predominate
prepareren
do
presumeren
do
prijken
pierce
prijzen
praise
proesten
sneeze
profileren
prophesy

Other Dutch verbs with the meaning similar to 'pierce':

None found.