Speak any language with confidence

Take our quick quiz to start your journey to fluency today!

Get started

Politoeren (to French polishing) conjugation

Dutch
Ik
Jij/Je/U
Hij/Zij/Het
Wij/We
Jullie
Zij
Present tense
politoer
politoert
politoert
politoeren
politoeren
politoeren
Present perfect tense
heb gepolitoerd
hebt gepolitoerd
heeft gepolitoerd
hebben gepolitoerd
hebben gepolitoerd
hebben gepolitoerd
Past tense
politoerde
politoerde
politoerde
politoerden
politoerden
politoerden
Future tense
zal politoeren
zult politoeren
zal politoeren
zullen politoeren
zullen politoeren
zullen politoeren
Ik
Jij/Je/U
Hij/Zij/Het
Wij/We
Jullie
Zij
Conditional mood
zou politoeren
zou politoeren
zou politoeren
zouden politoeren
zouden politoeren
zouden politoeren
Subjunctive mood
politoere
politoere
politoere
politoere
politoere
politoere
Past perfect tense
had gepolitoerd
had gepolitoerd
had gepolitoerd
hadden gepolitoerd
hadden gepolitoerd
hadden gepolitoerd
Future perf.
zal gepolitoerd hebben
zal gepolitoerd hebben
zal gepolitoerd hebben
zullen gepolitoerd hebben
zullen gepolitoerd hebben
zullen gepolitoerd hebben
Ik
Jij/Je/U
Hij/Zij/Het
Wij/We
Jullie
Zij
Conditional perfect tense
zou gepolitoerd hebben
zou gepolitoerd hebben
zou gepolitoerd hebben
zouden gepolitoerd hebben
zouden gepolitoerd hebben
zouden gepolitoerd hebben
Du
Ihr
Imperative mood
politoer
politoert

More Dutch verbs

Related

Not found
We have none.

Similar

Not found
We have none.

Similar but longer

Not found
We have none.

Other Dutch verbs with the meaning similar to 'French polishing':

None found.