Patrouilleren (to patrol) conjugation

Dutch
24 examples

Conjugation of patrouilleren

Ik
Jij/Je/U
Hij/Zij/Het
Wij/We
Jullie
Zij
Present tense
patrouilleer
I patrol
patrouilleert
you patrol
patrouilleert
he/she/it patrols
patrouilleren
we patrol
patrouilleren
you all patrol
patrouilleren
they patrol
Present perfect tense
heb gepatrouilleerd
I have patrolled
hebt gepatrouilleerd
you have patrolled
heeft gepatrouilleerd
he/she/it has patrolled
hebben gepatrouilleerd
we have patrolled
hebben gepatrouilleerd
you all have patrolled
hebben gepatrouilleerd
they have patrolled
Past tense
patrouilleerde
I patrolled
patrouilleerde
you patrolled
patrouilleerde
he/she/it patrolled
patrouilleerden
we patrolled
patrouilleerden
you all patrolled
patrouilleerden
they patrolled
Future tense
zal patrouilleren
I will patrol
zult patrouilleren
you will patrol
zal patrouilleren
he/she/it will patrol
zullen patrouilleren
we will patrol
zullen patrouilleren
you all will patrol
zullen patrouilleren
they will patrol
Ik
Jij/Je/U
Hij/Zij/Het
Wij/We
Jullie
Zij
Conditional mood
zou patrouilleren
I would patrol
zou patrouilleren
you would patrol
zou patrouilleren
he/she/it would patrol
zouden patrouilleren
we would patrol
zouden patrouilleren
you all would patrol
zouden patrouilleren
they would patrol
Subjunctive mood
patrouillere
I patrol
patrouillere
you patrol
patrouillere
he/she/it patrol
patrouillere
we patrol
patrouillere
you all patrol
patrouillere
they patrol
Past perfect tense
had gepatrouilleerd
I had patrolled
had gepatrouilleerd
you had patrolled
had gepatrouilleerd
he/she/it had patrolled
hadden gepatrouilleerd
we had patrolled
hadden gepatrouilleerd
you all had patrolled
hadden gepatrouilleerd
they had patrolled
Future perf.
zal gepatrouilleerd hebben
I will have patrolled
zal gepatrouilleerd hebben
you will have patrolled
zal gepatrouilleerd hebben
he/she/it will have patrolled
zullen gepatrouilleerd hebben
we will have patrolled
zullen gepatrouilleerd hebben
you all will have patrolled
zullen gepatrouilleerd hebben
they will have patrolled
Ik
Jij/Je/U
Hij/Zij/Het
Wij/We
Jullie
Zij
Conditional perfect tense
zou gepatrouilleerd hebben
I would have patrolled
zou gepatrouilleerd hebben
you would have patrolled
zou gepatrouilleerd hebben
he/she/it would have patrolled
zouden gepatrouilleerd hebben
we would have patrolled
zouden gepatrouilleerd hebben
you all would have patrolled
zouden gepatrouilleerd hebben
they would have patrolled
Du
Ihr
Imperative mood
patrouilleer
patrol
patrouilleert
patrol

Examples of patrouilleren

Example in DutchTranslation in English
"De Dukes" patrouilleren in de Stad met geweren.The Dukes are patrolling the town with guns.
- Aas patrouilleren?Bait patrol?
- Braddock Universiteit huurt de garage van Illinois Trust, en is dus toegestaan om daar te patrouilleren.- Braddock University leases the garage from Illinois Trust, and is thus entrusted to patrol it.
- Er patrouilleren glijders.- There are gliders patrolling the area.
- Geweldig. Wat het ook zijn, ze patrouilleren. En schakelen alle mogelijke bedreigingen uit.Whatever they are, they're patrolling, eliminating any hostile threat.
- Ik ben van de burgerwacht en ik patrouilleer op straat, dus ik mag hier zijn.Well, I'm part of a citizens' committee to patrol the streets, so it's okay for me.
- Ik patrouilleer.- I'm patrolling.
Als jullie geen oproep hebben dan patrouilleer je totdat je er een hebt.If you are not on a call, you are patrolling until you are.
Als u deze incidenten wilt stoppen... patrouilleer dan niet meer.Only you must not shoot at my soldiers! If you would like to finish these incidents, stop sending out your patrols.
Chas, patrouilleer in de binnenstad.Chas, patrol downtown.
's Nachts patrouilleert hij op de campus op zoek naar rechtvaardigheid.By night, he patrols the campus meting out justice.
- Godfrey jij patrouilleert in het bos.Godfrey, you patrol Downside Woods.
- Je patrouilleert met burgers, hé?Yes, we understand you're still taking civilians out on your patrols.
Bijvoorbeeld: je kon melden dat je bij de Demarest Huizen patrouilleert terwijl je in feite hier bent kakelend met je vrienden bij de rivier.Well, for instance, you could radio in that you're patrolling the Demarest Houses, when, in fact, you're right here, jawboning with your buddies by the river.
Blijkbaar ben ik niet langer de enige geest dat door onze mooie stad patrouilleert.Apparently, I am no longer the only Ghost patrolling the streets of our fair city.
Daar wordt niet gepatrouilleerd en we zijn er het snelst.Not patrolled and a savings of centons in reaching Carillon.
De omringende wateren werden vol mijnen gelegd en er werd gepatrouilleerd.Coastal waters were mined and patrolled.
Er wordt flink gepatrouilleerd in de bossen.The woods between here and the castle are well-patrolled.
Er wordt in hun bossen gepatrouilleerd om lijnen van stropers door te snijden.Their forests are patrolled to cut poachers' snares.
Het is al goed, maar we dachten dat op deze route niet gepatrouilleerd werd.It is okay, but we thought that this route was not patrolled.
Rond 4 uur 's morgens toen mijn team patrouilleerde op Canton Road zagen we vier verdachte Chinezen.Around 4 AM when my team patrolled through Canton Road we saw 4 suspicious Chinese men
Toen ik klein was, patrouilleerde mijn vader de binnenstad. Het was zwaar, beheerst door bendes.When I was a kid, my dad patrolled downtown, a real tough beat, gang controlled.
Gewapende soldaten patrouilleerden de omgeving... en schoten op iedereen die probeerde te ontsnappen.Armed soldiers patrolled the perimeters and would shoot anyone trying to escape.
Soldaten en veiligheidspolitie patrouilleerden op straat.Troops and security police patrolled the streets.

More Dutch verbs

Related

Not found
We have none.

Similar

Not found
We have none.

Similar but longer

Not found
We have none.

Other Dutch verbs with the meaning similar to 'patrol':

None found.
Learning languages?