Speak any language with confidence

Take our quick quiz to start your journey to fluency today!

Get started

Palaveren (to palaver) conjugation

Dutch
1 examples
Ik
Jij/Je/U
Hij/Zij/Het
Wij/We
Jullie
Zij
Present tense
palaver
palavert
palavert
palaveren
palaveren
palaveren
Present perfect tense
heb gepalaverd
hebt gepalaverd
heeft gepalaverd
hebben gepalaverd
hebben gepalaverd
hebben gepalaverd
Past tense
palaverde
palaverde
palaverde
palaverden
palaverden
palaverden
Future tense
zal palaveren
zult palaveren
zal palaveren
zullen palaveren
zullen palaveren
zullen palaveren
Ik
Jij/Je/U
Hij/Zij/Het
Wij/We
Jullie
Zij
Conditional mood
zou palaveren
zou palaveren
zou palaveren
zouden palaveren
zouden palaveren
zouden palaveren
Subjunctive mood
palavere
palavere
palavere
palavere
palavere
palavere
Past perfect tense
had gepalaverd
had gepalaverd
had gepalaverd
hadden gepalaverd
hadden gepalaverd
hadden gepalaverd
Future perf.
zal gepalaverd hebben
zal gepalaverd hebben
zal gepalaverd hebben
zullen gepalaverd hebben
zullen gepalaverd hebben
zullen gepalaverd hebben
Ik
Jij/Je/U
Hij/Zij/Het
Wij/We
Jullie
Zij
Conditional perfect tense
zou gepalaverd hebben
zou gepalaverd hebben
zou gepalaverd hebben
zouden gepalaverd hebben
zouden gepalaverd hebben
zouden gepalaverd hebben
Du
Ihr
Imperative mood
palaver
palavert

Examples of palaveren

Example in DutchTranslation in English
Ik zou ons palaver graag voortzetten, maar ik spreek geen 'gek'.I'd love to further pursue our palaver, but I'm not fluent in "freaker"!

More Dutch verbs

Related

Not found
We have none.

Similar

aflaveren
do

Similar but longer

Not found
We have none.

Other Dutch verbs with the meaning similar to 'palaver':

None found.