Speak any language with confidence

Take our quick quiz to start your journey to fluency today!

Get started

Overrompelen (to surprise) conjugation

Dutch
18 examples
Ik
Jij/Je/U
Hij/Zij/Het
Wij/We
Jullie
Zij
Present tense
overrompel
overrompelt
overrompelt
overrompelen
overrompelen
overrompelen
Present perfect tense
heb overrompeld
hebt overrompeld
heeft overrompeld
hebben overrompeld
hebben overrompeld
hebben overrompeld
Past tense
overrompelde
overrompelde
overrompelde
overrompelden
overrompelden
overrompelden
Future tense
zal overrompelen
zult overrompelen
zal overrompelen
zullen overrompelen
zullen overrompelen
zullen overrompelen
Ik
Jij/Je/U
Hij/Zij/Het
Wij/We
Jullie
Zij
Conditional mood
zou overrompelen
zou overrompelen
zou overrompelen
zouden overrompelen
zouden overrompelen
zouden overrompelen
Subjunctive mood
overrompele
overrompele
overrompele
overrompele
overrompele
overrompele
Past perfect tense
had overrompeld
had overrompeld
had overrompeld
hadden overrompeld
hadden overrompeld
hadden overrompeld
Future perf.
zal overrompeld hebben
zal overrompeld hebben
zal overrompeld hebben
zullen overrompeld hebben
zullen overrompeld hebben
zullen overrompeld hebben
Ik
Jij/Je/U
Hij/Zij/Het
Wij/We
Jullie
Zij
Conditional perfect tense
zou overrompeld hebben
zou overrompeld hebben
zou overrompeld hebben
zouden overrompeld hebben
zouden overrompeld hebben
zouden overrompeld hebben
Du
Ihr
Imperative mood
overrompel
overrompelt

Examples of overrompelen

Example in DutchTranslation in English
- Dan overrompelen we ze niet.Element of surprise will not be!
- Dan proberen we ze te overrompelen.We must hope to catch any Jaffa on the ground by surprise.
Als we al onze schepen inzetten, kunnen we ze overrompelen.Our success depends on the element of surprise and the use of the entire rebel fleet.
Als zij op de weg het teken hebben gegeven... voeren wij een charge uit vanaf de Canadese kant. We overrompelen ze. En zoals u weet, is de zaak dan voor de helft gewonnen.When they are on the road and have given the signal, we'll engage from the Canadian side of the bridge, thus surprising from the rear, and surprise, Mr. Ness, is half the battle.
Die overrompelen we ook.We will surprise them in the wardroom.
Ik overrompel mensen.I'm a surprise, Kevin.
Je overrompelt hem.You wanna take him by surprise.
Vergeef me dat je bekentenis me wat overrompelt.You'll forgive me if I'm a little surprised at your admission.
overrompelt ons.-...has taken us by surprise.
Hij heeft me overrompeld.- He kind of surprised me.
Ik begin te denken dat ze er niets van afwisten... en dat we ze totaal hebben overrompeld.I'm beginning to think they actually didn't know and that we've surprised the bejesus out of them.
Ik heb zin om... Ik wil overrompeld worden, verrast.I want... to be startled, to be surprised.
Je bezoek heeft me overrompeld.I'm surprised to see you.
We zijn niet echt overrompeld, meneer.We weren't really surprised, sir.
- Ja, hij overrompelde mij.Completely surprised me.
U overrompelde me.You surprised me.
Ze overrompelde me.She surprised me.
Het was overrompelend, maar, achteraf gezien, denk ik dat hij...So, it was surprising... but I think that, you know, in retrospect, he...

More Dutch verbs

Related

Not found
We have none.

Similar

Not found
We have none.

Similar but longer

Not found
We have none.

Other Dutch verbs with the meaning similar to 'surprise':

None found.