Speak any language with confidence

Take our quick quiz to start your journey to fluency today!

Get started

Overeenbrengen (to reconcile with) conjugation

Dutch
Ik
Jij/Je/U
Hij/Zij/Het
Wij/We
Jullie
Zij
Present tense
breng overeen
brengt overeen
brengt overeen
brengen overeen
brengen overeen
brengen overeen
Present perfect tense
heb overeengebracht
hebt overeengebracht
heeft overeengebracht
hebben overeengebracht
hebben overeengebracht
hebben overeengebracht
Past tense
bracht overeen
bracht overeen
bracht overeen
brachten overeen
brachten overeen
brachten overeen
Future tense
zal overeenbrengen
zult overeenbrengen
zal overeenbrengen
zullen overeenbrengen
zullen overeenbrengen
zullen overeenbrengen
Ik
Jij/Je/U
Hij/Zij/Het
Wij/We
Jullie
Zij
Conditional mood
zou overeenbrengen
zou overeenbrengen
zou overeenbrengen
zouden overeenbrengen
zouden overeenbrengen
zouden overeenbrengen
Subjunctive mood
brenge overeen
brenge overeen
brenge overeen
brenge overeen
brenge overeen
brenge overeen
Past perfect tense
had overeengebracht
had overeengebracht
had overeengebracht
hadden overeengebracht
hadden overeengebracht
hadden overeengebracht
Future perf.
zal overeengebracht hebben
zal overeengebracht hebben
zal overeengebracht hebben
zullen overeengebracht hebben
zullen overeengebracht hebben
zullen overeengebracht hebben
Ik
Jij/Je/U
Hij/Zij/Het
Wij/We
Jullie
Zij
Conditional perfect tense
zou overeengebracht hebben
zou overeengebracht hebben
zou overeengebracht hebben
zouden overeengebracht hebben
zouden overeengebracht hebben
zouden overeengebracht hebben
Present bijzin tense
overeenbreng
overeenbrengt
overeenbrengt
overeenbrengen
overeenbrengen
overeenbrengen
Past bijzin tense
overeenbracht
overeenbracht
overeenbracht
overeenbrachten
overeenbrachten
overeenbrachten
Future bijzin tense
zal overeenbrengen
zult overeenbrengen
zal overeenbrengen
zullen overeenbrengen
zullen overeenbrengen
zullen overeenbrengen
Ik
Jij/Je/U
Hij/Zij/Het
Wij/We
Jullie
Zij
Conditional bijzin mood
zou overeenbrengen
zou overeenbrengen
zou overeenbrengen
zouden overeenbrengen
zouden overeenbrengen
zouden overeenbrengen
Subjunctive bijzin mood
overeenbrenge
overeenbrenge
overeenbrenge
overeenbrenge
overeenbrenge
overeenbrenge
Du
Ihr
Imperative mood
breng overeen
brengt overeen

More Dutch verbs

Related

Not found
We have none.

Similar

Not found
We have none.

Similar but longer

Not found
We have none.

Random

opspringen
jump
optutten
get all dressed up
opvullen
fill up
opzetten
swell
overblazen
blow over
overdrukken
overprint
overduvelen
do
overeenkomen
reconcile with
overhalen
persuade
overkrijgen
do

Other Dutch verbs with the meaning similar to 'reconcile with':

None found.