Ouwehoeren (to do) conjugation

Dutch
7 examples

Conjugation of ouwehoeren

Ik
Jij/Je/U
Hij/Zij/Het
Wij/We
Jullie
Zij
Present tense
ouwehoer
I do
ouwehoert
you do
ouwehoert
he/she/it does
ouwehoeren
we do
ouwehoeren
you all do
ouwehoeren
they do
Present perfect tense
heb geouwehoerd
I have done
hebt geouwehoerd
you have done
heeft geouwehoerd
he/she/it has done
hebben geouwehoerd
we have done
hebben geouwehoerd
you all have done
hebben geouwehoerd
they have done
Past tense
ouwehoerde
I did
ouwehoerde
you did
ouwehoerde
he/she/it did
ouwehoerden
we did
ouwehoerden
you all did
ouwehoerden
they did
Future tense
zal ouwehoeren
I will do
zult ouwehoeren
you will do
zal ouwehoeren
he/she/it will do
zullen ouwehoeren
we will do
zullen ouwehoeren
you all will do
zullen ouwehoeren
they will do
Ik
Jij/Je/U
Hij/Zij/Het
Wij/We
Jullie
Zij
Conditional mood
zou ouwehoeren
I would do
zou ouwehoeren
you would do
zou ouwehoeren
he/she/it would do
zouden ouwehoeren
we would do
zouden ouwehoeren
you all would do
zouden ouwehoeren
they would do
Subjunctive mood
ouwehoere
I do
ouwehoere
you do
ouwehoere
he/she/it do
ouwehoere
we do
ouwehoere
you all do
ouwehoere
they do
Past perfect tense
had geouwehoerd
I had done
had geouwehoerd
you had done
had geouwehoerd
he/she/it had done
hadden geouwehoerd
we had done
hadden geouwehoerd
you all had done
hadden geouwehoerd
they had done
Future perf.
zal geouwehoerd hebben
I will have done
zal geouwehoerd hebben
you will have done
zal geouwehoerd hebben
he/she/it will have done
zullen geouwehoerd hebben
we will have done
zullen geouwehoerd hebben
you all will have done
zullen geouwehoerd hebben
they will have done
Ik
Jij/Je/U
Hij/Zij/Het
Wij/We
Jullie
Zij
Conditional perfect tense
zou geouwehoerd hebben
I would have done
zou geouwehoerd hebben
you would have done
zou geouwehoerd hebben
he/she/it would have done
zouden geouwehoerd hebben
we would have done
zouden geouwehoerd hebben
you all would have done
zouden geouwehoerd hebben
they would have done
Du
Ihr
Imperative mood
ouwehoer
do
ouwehoert
do

Examples of ouwehoeren

Example in DutchTranslation in English
Dat praten oplucht, is verzonnen door een stel ouwehoeren.Talking doesn't always make you feel better!
Er was niets te doen behalve fitnessen, ouwehoeren en van het gezelschap genieten.Nothing to do but lift weights, shoot the bull and enjoy the company of other men.
Gewoon ouwehoeren zoals twee broeders doen... en voelden ons veilig bij elkaar.Sam and I were speaking earlier, just, like, shooting the crap like two bros do, you know, and we felt really safe with each other.
Het enige wat je wilt doen is grappen maken en ouwehoeren.All you want to do is joke and play.
Hé Marie, ouwehoeren doe je maar in je vrije tijd.How about doing your gabbing on your own time ?
Je vindt me vast een ouwehoer, hé ?-Gwendolyn. -You think I'm full of crap, don't you?
Je vroeg me gisteren of ik een ouwehoer was.Pantsuits will do that.

More Dutch verbs

Related

Not found
We have none.

Similar

Not found
We have none.

Similar but longer

Not found
We have none.

Other Dutch verbs with the meaning similar to 'do':

None found.
Learning languages?