Speak any language with confidence

Take our quick quiz to start your journey to fluency today!

Get started

Optransformeren (to step up) conjugation

Dutch
Ik
Jij/Je/U
Hij/Zij/Het
Wij/We
Jullie
Zij
Present tense
transformeer op
transformeert op
transformeert op
transformeren op
transformeren op
transformeren op
Present perfect tense
heb opgetransformeerd
hebt opgetransformeerd
heeft opgetransformeerd
hebben opgetransformeerd
hebben opgetransformeerd
hebben opgetransformeerd
Past tense
transformeerde op
transformeerde op
transformeerde op
transformeerden op
transformeerden op
transformeerden op
Future tense
zal optransformeren
zult optransformeren
zal optransformeren
zullen optransformeren
zullen optransformeren
zullen optransformeren
Ik
Jij/Je/U
Hij/Zij/Het
Wij/We
Jullie
Zij
Conditional mood
zou optransformeren
zou optransformeren
zou optransformeren
zouden optransformeren
zouden optransformeren
zouden optransformeren
Subjunctive mood
transformere op
transformere op
transformere op
transformere op
transformere op
transformere op
Past perfect tense
had opgetransformeerd
had opgetransformeerd
had opgetransformeerd
hadden opgetransformeerd
hadden opgetransformeerd
hadden opgetransformeerd
Future perf.
zal opgetransformeerd hebben
zal opgetransformeerd hebben
zal opgetransformeerd hebben
zullen opgetransformeerd hebben
zullen opgetransformeerd hebben
zullen opgetransformeerd hebben
Ik
Jij/Je/U
Hij/Zij/Het
Wij/We
Jullie
Zij
Conditional perfect tense
zou opgetransformeerd hebben
zou opgetransformeerd hebben
zou opgetransformeerd hebben
zouden opgetransformeerd hebben
zouden opgetransformeerd hebben
zouden opgetransformeerd hebben
Present bijzin tense
optransformeer
optransformeert
optransformeert
optransformeren
optransformeren
optransformeren
Past bijzin tense
optransformeerde
optransformeerde
optransformeerde
optransformeerden
optransformeerden
optransformeerden
Future bijzin tense
zal optransformeren
zult optransformeren
zal optransformeren
zullen optransformeren
zullen optransformeren
zullen optransformeren
Ik
Jij/Je/U
Hij/Zij/Het
Wij/We
Jullie
Zij
Conditional bijzin mood
zou optransformeren
zou optransformeren
zou optransformeren
zouden optransformeren
zouden optransformeren
zouden optransformeren
Subjunctive bijzin mood
optransformere
optransformere
optransformere
optransformere
optransformere
optransformere
Du
Ihr
Imperative mood
transformeer op
transformeert op

More Dutch verbs

Related

Not found
We have none.

Similar

Not found
We have none.

Similar but longer

Not found
We have none.

Other Dutch verbs with the meaning similar to 'step up':

None found.