Openblijven (to stay open) conjugation

Dutch
17 examples

Conjugation of openblijven

Ik
Jij/Je/U
Hij/Zij/Het
Wij/We
Jullie
Zij
Present tense
blijf open
I stay open
blijft open
you stay open
blijft open
he/she/it stays open
blijven open
we stay open
blijven open
you all stay open
blijven open
they stay open
Present perfect tense
ben opengebleven
I have stayed open
bent opengebleven
you have stayed open
is opengebleven
he/she/it has stayed open
zijn opengebleven
we have stayed open
zijn opengebleven
you all have stayed open
zijn opengebleven
they have stayed open
Past tense
bleef open
I stayed open
bleef open
you stayed open
bleef open
he/she/it stayed open
bleven open
we stayed open
bleven open
you all stayed open
bleven open
they stayed open
Future tense
zal openblijven
I will stay open
zult openblijven
you will stay open
zal openblijven
he/she/it will stay open
zullen openblijven
we will stay open
zullen openblijven
you all will stay open
zullen openblijven
they will stay open
Ik
Jij/Je/U
Hij/Zij/Het
Wij/We
Jullie
Zij
Conditional mood
zou openblijven
I would stay open
zou openblijven
you would stay open
zou openblijven
he/she/it would stay open
zouden openblijven
we would stay open
zouden openblijven
you all would stay open
zouden openblijven
they would stay open
Subjunctive mood
blijve open
I stay open
blijve open
you stay open
blijve open
he/she/it stay open
blijve open
we stay open
blijve open
you all stay open
blijve open
they stay open
Past perfect tense
was opengebleven
I had stayed open
was opengebleven
you had stayed open
was opengebleven
he/she/it had stayed open
waren opengebleven
we had stayed open
waren opengebleven
you all had stayed open
waren opengebleven
they had stayed open
Future perf.
zal opengebleven zijn
I will have stayed open
zal opengebleven zijn
you will have stayed open
zal opengebleven zijn
he/she/it will have stayed open
zullen opengebleven zijn
we will have stayed open
zullen opengebleven zijn
you all will have stayed open
zullen opengebleven zijn
they will have stayed open
Ik
Jij/Je/U
Hij/Zij/Het
Wij/We
Jullie
Zij
Conditional perfect tense
zou opengebleven zijn
I would have stayed open
zou opengebleven zijn
you would have stayed open
zou opengebleven zijn
he/she/it would have stayed open
zouden opengebleven zijn
we would have stayed open
zouden opengebleven zijn
you all would have stayed open
zouden opengebleven zijn
they would have stayed open
Present bijzin tense
openblijf
I stay open
openblijft
you stay open
openblijft
he/she/it stays open
openblijven
we stay open
openblijven
you all stay open
openblijven
they stay open
Past bijzin tense
openbleef
I stayed open
openbleef
you stayed open
openbleef
he/she/it stayed open
openbleven
we stayed open
openbleven
you all stayed open
openbleven
they stayed open
Future bijzin tense
zal openblijven
I will stay open
zult openblijven
you will stay open
zal openblijven
he/she/it will stay open
zullen openblijven
we will stay open
zullen openblijven
you all will stay open
zullen openblijven
they will stay open
Ik
Jij/Je/U
Hij/Zij/Het
Wij/We
Jullie
Zij
Conditional bijzin mood
zou openblijven
I would stay open
zou openblijven
you would stay open
zou openblijven
he/she/it would stay open
zouden openblijven
we would stay open
zouden openblijven
you all would stay open
zouden openblijven
they would stay open
Subjunctive bijzin mood
openblijve
I stay open
openblijve
you stay open
openblijve
he/she/it stay open
openblijve
we stay open
openblijve
you all stay open
openblijve
they stay open
Du
Ihr
Imperative mood
blijf open
stay open
blijft open
stay open

Examples of openblijven

Example in DutchTranslation in English
Er zijn niet zoveel plaatsen die zo laat openblijven.There are not a lot of places in this town that stay open late.
Ik zou elke avond kunnen openblijven tot 12u als ik het personeel zou hebben.I could stay open till midnight every night if I had the staff.
Want bij een stel moet die deur openblijven.In a couple, the door has to stay open.
De fancyfair blijft open tot 22.00 uur.The bazaar will stay open until 10 o'clock.
Het kan krachtiger. Je hebt lawaai. Hij blijft open.The value would be greater you let it rumble let it stay open, let it close in silence.
Je blijft open tot die lading coke aankomt.You'll stay open until that shipment of coke arrives.
Karens Café blijft open... en ik zie m'n schoonzus wat vaker.Karen's café gets to stay open, and I get to see a little more of my sister-in-law.
Maar de tijdgolf van Bacarra blijft open... totdat hij teruggaat naar z'n eigen tijd.Not necessarily. The time ripple Bacarra opened is gonna stay open until he goes back through it and returns to his time.
... Zei, als de poorten op het station Sadovaja blijven open, het zou de hele binnenstad overspoelen....said, if the gates at the station Sadovaja stay open, it could flood the entire city center.
De circuits blijven open tot je ze handmatig overbrugt.The circuits to the core have to stay open until you pull it out and bypass it manually.
Kahns poorten blijven open.Kahn's portals stay open.
Hij bleef open omdat vrijwilligers... er fondsen voor gaven en personeel leverden.It only stayed open because a volunteer advocacy group agreed to fund the library and keep it staffed.
Hij bleef open..It stayed open.
Ik bleef open voor Oscar.Well, I stayed open for Oskar.
We maakten een opening, en het bleef open.We opened it up and it stayed open.
De bibliotheken bleven open.The libraries stayed open.
We stopten de handel maar de route bleven open voor wapenhandel.We closed it down but the route stayed open - for arms dealing.

More Dutch verbs

Related

Not found
We have none.

Similar

Not found
We have none.

Similar but longer

Not found
We have none.

Random

onthalen
welcome
ontweldigen
do
opblinken
shine up
opbraden
do
opdragen
instruct
openbarsten
burst
openbreken
burst
openscheuren
lacerate
opensmijten
throw open
opensperren
distend

Other Dutch verbs with the meaning similar to 'stay open':

None found.
Learning languages?