Speak any language with confidence

Take our quick quiz to start your journey to fluency today!

Get started

Omvertrekken (to pull down) conjugation

Dutch
5 examples

Conjugation of omvertrekken

Ik
Jij/Je/U
Hij/Zij/Het
Wij/We
Jullie
Zij
Present tense
trek omver
I pull down
trekt omver
you pull down
trekt omver
he/she/it pulls down
trekken omver
we pull down
trekken omver
you all pull down
trekken omver
they pull down
Present perfect tense
heb omvergetrokken
I have pulled down
hebt omvergetrokken
you have pulled down
heeft omvergetrokken
he/she/it has pulled down
hebben omvergetrokken
we have pulled down
hebben omvergetrokken
you all have pulled down
hebben omvergetrokken
they have pulled down
Past tense
trok omver
I pulled down
trok omver
you pulled down
trok omver
he/she/it pulled down
trokken omver
we pulled down
trokken omver
you all pulled down
trokken omver
they pulled down
Future tense
zal omvertrekken
I will pull down
zult omvertrekken
you will pull down
zal omvertrekken
he/she/it will pull down
zullen omvertrekken
we will pull down
zullen omvertrekken
you all will pull down
zullen omvertrekken
they will pull down
Ik
Jij/Je/U
Hij/Zij/Het
Wij/We
Jullie
Zij
Conditional mood
zou omvertrekken
I would pull down
zou omvertrekken
you would pull down
zou omvertrekken
he/she/it would pull down
zouden omvertrekken
we would pull down
zouden omvertrekken
you all would pull down
zouden omvertrekken
they would pull down
Subjunctive mood
trekke omver
I pull down
trekke omver
you pull down
trekke omver
he/she/it pull down
trekke omver
we pull down
trekke omver
you all pull down
trekke omver
they pull down
Past perfect tense
had omvergetrokken
I had pulled down
had omvergetrokken
you had pulled down
had omvergetrokken
he/she/it had pulled down
hadden omvergetrokken
we had pulled down
hadden omvergetrokken
you all had pulled down
hadden omvergetrokken
they had pulled down
Future perf.
zal omvergetrokken hebben
I will have pulled down
zal omvergetrokken hebben
you will have pulled down
zal omvergetrokken hebben
he/she/it will have pulled down
zullen omvergetrokken hebben
we will have pulled down
zullen omvergetrokken hebben
you all will have pulled down
zullen omvergetrokken hebben
they will have pulled down
Ik
Jij/Je/U
Hij/Zij/Het
Wij/We
Jullie
Zij
Conditional perfect tense
zou omvergetrokken hebben
I would have pulled down
zou omvergetrokken hebben
you would have pulled down
zou omvergetrokken hebben
he/she/it would have pulled down
zouden omvergetrokken hebben
we would have pulled down
zouden omvergetrokken hebben
you all would have pulled down
zouden omvergetrokken hebben
they would have pulled down
Present bijzin tense
omvertrek
I pull down
omvertrekt
you pull down
omvertrekt
he/she/it pulls down
omvertrekken
we pull down
omvertrekken
you all pull down
omvertrekken
they pull down
Past bijzin tense
omvertrok
I pulled down
omvertrok
you pulled down
omvertrok
he/she/it pulled down
omvertrokken
we pulled down
omvertrokken
you all pulled down
omvertrokken
they pulled down
Future bijzin tense
zal omvertrekken
I will pull down
zult omvertrekken
you will pull down
zal omvertrekken
he/she/it will pull down
zullen omvertrekken
we will pull down
zullen omvertrekken
you all will pull down
zullen omvertrekken
they will pull down
Ik
Jij/Je/U
Hij/Zij/Het
Wij/We
Jullie
Zij
Conditional bijzin mood
zou omvertrekken
I would pull down
zou omvertrekken
you would pull down
zou omvertrekken
he/she/it would pull down
zouden omvertrekken
we would pull down
zouden omvertrekken
you all would pull down
zouden omvertrekken
they would pull down
Subjunctive bijzin mood
omvertrekke
I pull down
omvertrekke
you pull down
omvertrekke
he/she/it pull down
omvertrekke
we pull down
omvertrekke
you all pull down
omvertrekke
they pull down
Du
Ihr
Imperative mood
trek omver
pull down
trekt
pull down

Examples of omvertrekken

Example in DutchTranslation in English
"Met duim en wijsvinger van de rechterhand trekt u de trekkerbeugel naar beneden en naar buiten."With thumb and forefinger of right hand, pull downward and outward... on rear of trigger guard.
Als je iets harder aan het linker touw trekt dan komt het hoofd hoger, en dat geeft een...If you pull down a little harder on the left-hand rope, the head will come up higher, which will be better...
Je gaat een van de kamers in, doet je broek omlaag, trekt jezelf af.You go into one of the rooms, pull down your panties, whack it.
Je trekt je broek naar beneden en wrijft met je kont over de vloer, net als een ouwe hond.You pull down your pants and wipe your butt on the ground like an old dog.
Je trekt z'n broek naar beneden...You pull down his pants.

More Dutch verbs

Related

Not found
We have none.

Similar

Not found
We have none.

Similar but longer

Not found
We have none.

Random

omhouden
camp site against
omrollen
roll
omvangen
do
omverhalen
tear down
omverrukken
tear down
omverslaan
down strike
omverwaaien
blow down
omwenden
turn back
omzomen
fringe
omzwermen
swarm

Other Dutch verbs with the meaning similar to 'pull down':

None found.