Speak any language with confidence

Take our quick quiz to start your journey to fluency today!

Get started

Omdwalen (to do) conjugation

Dutch
5 examples
Ik
Jij/Je/U
Hij/Zij/Het
Wij/We
Jullie
Zij
Present tense
dwaal om
dwaalt om
dwaalt om
dwalen om
dwalen om
dwalen om
Present perfect tense
heb omgedwaald
hebt omgedwaald
heeft omgedwaald
hebben omgedwaald
hebben omgedwaald
hebben omgedwaald
Past tense
dwaalde om
dwaalde om
dwaalde om
dwaalden om
dwaalden om
dwaalden om
Future tense
zal omdwalen
zult omdwalen
zal omdwalen
zullen omdwalen
zullen omdwalen
zullen omdwalen
Ik
Jij/Je/U
Hij/Zij/Het
Wij/We
Jullie
Zij
Conditional mood
zou omdwalen
zou omdwalen
zou omdwalen
zouden omdwalen
zouden omdwalen
zouden omdwalen
Subjunctive mood
dwale om
dwale om
dwale om
dwale om
dwale om
dwale om
Past perfect tense
had omgedwaald
had omgedwaald
had omgedwaald
hadden omgedwaald
hadden omgedwaald
hadden omgedwaald
Future perf.
zal omgedwaald hebben
zal omgedwaald hebben
zal omgedwaald hebben
zullen omgedwaald hebben
zullen omgedwaald hebben
zullen omgedwaald hebben
Ik
Jij/Je/U
Hij/Zij/Het
Wij/We
Jullie
Zij
Conditional perfect tense
zou omgedwaald hebben
zou omgedwaald hebben
zou omgedwaald hebben
zouden omgedwaald hebben
zouden omgedwaald hebben
zouden omgedwaald hebben
Present bijzin tense
omdwaal
omdwaalt
omdwaalt
omdwalen
omdwalen
omdwalen
Past bijzin tense
omdwaalde
omdwaalde
omdwaalde
omdwaalden
omdwaalden
omdwaalden
Future bijzin tense
zal omdwalen
zult omdwalen
zal omdwalen
zullen omdwalen
zullen omdwalen
zullen omdwalen
Ik
Jij/Je/U
Hij/Zij/Het
Wij/We
Jullie
Zij
Conditional bijzin mood
zou omdwalen
zou omdwalen
zou omdwalen
zouden omdwalen
zouden omdwalen
zouden omdwalen
Subjunctive bijzin mood
omdwale
omdwale
omdwale
omdwale
omdwale
omdwale
Du
Ihr
Imperative mood
dwaal om
dwaalt

Examples of omdwalen

Example in DutchTranslation in English
'Als iemand 100 schapen heeft en 1 daarvan dwaalt af... laat hij dan niet die 99 achter om het afgedwaalde schaap te zoeken?"If a man has 100 sheep and one strays does he not leave the 99 on the mountain to search for the stray one?" - Yes, sir.
- Geen idee. Hij dwaalt af.I don't know, he's losing his way.
Als een raar persoon een hondachtig individu die op de straat rond dwaalt?Uh, like an odd person or... A dog-like individual roaming the streets.
De hoofdloze geest van Mr. Eugene Rilsby, dwaalt nog steeds rond in zijn verlaten boerderij."The headless ghost of Mr. Eugene Rilsby still walks his abandoned farmhouse."
Die dwaalt al tijden rond hier in de bergen... ondersteboven in de bomen.Been wandering in the mountains for ages.. upside down on trees

More Dutch verbs

Related

Not found
We have none.

Similar

afdwalen
push off

Similar but longer

Not found
We have none.

Random

neerknallen
shot down
nopen
induce
odoriseren
inoculate
ombrassen
do
omduwen
push over
omeggen
harrow
omhelzen
embrace
omhoogtrekken
pull up
omhoogwerken
up work
omkijken
look around

Other Dutch verbs with the meaning similar to 'do':

None found.