Speak any language with confidence

Take our quick quiz to start your journey to fluency today!

Get started

Lodderogen (to do) conjugation

Dutch
Ik
Jij/Je/U
Hij/Zij/Het
Wij/We
Jullie
Zij
Present tense
lodderoog
lodderoogt
lodderoogt
lodderogen
lodderogen
lodderogen
Present perfect tense
heb gelodderoogd
hebt gelodderoogd
heeft gelodderoogd
hebben gelodderoogd
hebben gelodderoogd
hebben gelodderoogd
Past tense
lodderoogde
lodderoogde
lodderoogde
lodderoogden
lodderoogden
lodderoogden
Future tense
zal lodderogen
zult lodderogen
zal lodderogen
zullen lodderogen
zullen lodderogen
zullen lodderogen
Ik
Jij/Je/U
Hij/Zij/Het
Wij/We
Jullie
Zij
Conditional mood
zou lodderogen
zou lodderogen
zou lodderogen
zouden lodderogen
zouden lodderogen
zouden lodderogen
Subjunctive mood
lodderoge
lodderoge
lodderoge
lodderoge
lodderoge
lodderoge
Past perfect tense
had gelodderoogd
had gelodderoogd
had gelodderoogd
hadden gelodderoogd
hadden gelodderoogd
hadden gelodderoogd
Future perf.
zal gelodderoogd hebben
zal gelodderoogd hebben
zal gelodderoogd hebben
zullen gelodderoogd hebben
zullen gelodderoogd hebben
zullen gelodderoogd hebben
Ik
Jij/Je/U
Hij/Zij/Het
Wij/We
Jullie
Zij
Conditional perfect tense
zou gelodderoogd hebben
zou gelodderoogd hebben
zou gelodderoogd hebben
zouden gelodderoogd hebben
zouden gelodderoogd hebben
zouden gelodderoogd hebben
Du
Ihr
Imperative mood
lodderoog
lodderoogt

More Dutch verbs

Related

Not found
We have none.

Similar

Not found
We have none.

Similar but longer

Not found
We have none.

Other Dutch verbs with the meaning similar to 'do':

None found.