Etymology
Blog
Etymology Blog

Speak any language with confidence

Take our quick quiz to start your journey to fluency today!

Get started

Lamleggen (to paralyse) conjugation

Dutch
2 examples
Ik
Jij/Je/U
Hij/Zij/Het
Wij/We
Jullie
Zij
Present tense
leg lam
legt lam
legt lam
leggen lam
leggen lam
leggen lam
Present perfect tense
heb lamgelegd
hebt lamgelegd
heeft lamgelegd
hebben lamgelegd
hebben lamgelegd
hebben lamgelegd
Past tense
legde lam
legde lam
legde lam
legden lam
legden lam
legden lam
Future tense
zal lamleggen
zult lamleggen
zal lamleggen
zullen lamleggen
zullen lamleggen
zullen lamleggen
Ik
Jij/Je/U
Hij/Zij/Het
Wij/We
Jullie
Zij
Conditional mood
zou lamleggen
zou lamleggen
zou lamleggen
zouden lamleggen
zouden lamleggen
zouden lamleggen
Subjunctive mood
legge lam
legge lam
legge lam
legge lam
legge lam
legge lam
Past perfect tense
had lamgelegd
had lamgelegd
had lamgelegd
hadden lamgelegd
hadden lamgelegd
hadden lamgelegd
Future perf.
zal lamgelegd hebben
zal lamgelegd hebben
zal lamgelegd hebben
zullen lamgelegd hebben
zullen lamgelegd hebben
zullen lamgelegd hebben
Ik
Jij/Je/U
Hij/Zij/Het
Wij/We
Jullie
Zij
Conditional perfect tense
zou lamgelegd hebben
zou lamgelegd hebben
zou lamgelegd hebben
zouden lamgelegd hebben
zouden lamgelegd hebben
zouden lamgelegd hebben
Present bijzin tense
lamleg
lamlegt
lamlegt
lamleggen
lamleggen
lamleggen
Past bijzin tense
lamlegde
lamlegde
lamlegde
lamlegden
lamlegden
lamlegden
Future bijzin tense
zal lamleggen
zult lamleggen
zal lamleggen
zullen lamleggen
zullen lamleggen
zullen lamleggen
Ik
Jij/Je/U
Hij/Zij/Het
Wij/We
Jullie
Zij
Conditional bijzin mood
zou lamleggen
zou lamleggen
zou lamleggen
zouden lamleggen
zouden lamleggen
zouden lamleggen
Subjunctive bijzin mood
lamlegge
lamlegge
lamlegge
lamlegge
lamlegge
lamlegge
Du
Ihr
Imperative mood
leg lam
legt la

Examples of lamleggen

Example in DutchTranslation in English
lamleggen
Terwijl jij in hun magazijn ronddart... worden zij bedreigd door stakingen die de hele werf kunnen lamleggen.		While you were rummaging in their store cupboards they were facing a series of strikes which could paralyse their shipyard!
Maar dit protest heeft uw zaak volledig lamgelegd.Nonetheless, I can see that this protest has completely paralysed your business.

More Dutch verbs

Related

Not found
We have none.

Similar

Not found
We have none.

Similar but longer

Not found
We have none.

Random

kwebbelen
gossip
kwijnen
wither
kwijtschelden
do
labelen
do
lamenteren
do
lamineren
do
lammeren
paralyse
lastigvallen
bother
laveren
tack
lebberen
do

Other Dutch verbs with the meaning similar to 'paralyse':

None found.