Ineenstrengelen (to intertwine) conjugation

Dutch
3 examples

Conjugation of ineenstrengelen

Ik
Jij/Je/U
Hij/Zij/Het
Wij/We
Jullie
Zij
Present tense
strengel ineen
I intertwine
strengelt ineen
you intertwine
strengelt ineen
he/she/it intertwines
strengelen ineen
we intertwine
strengelen ineen
you all intertwine
strengelen ineen
they intertwine
Present perfect tense
ben ineengestrengeld
I have intertwined
bent ineengestrengeld
you have intertwined
is ineengestrengeld
he/she/it has intertwined
zijn ineengestrengeld
we have intertwined
zijn ineengestrengeld
you all have intertwined
zijn ineengestrengeld
they have intertwined
Past tense
strengelde ineen
I intertwined
strengelde ineen
you intertwined
strengelde ineen
he/she/it intertwined
strengelden ineen
we intertwined
strengelden ineen
you all intertwined
strengelden ineen
they intertwined
Future tense
zal ineenstrengelen
I will intertwine
zult ineenstrengelen
you will intertwine
zal ineenstrengelen
he/she/it will intertwine
zullen ineenstrengelen
we will intertwine
zullen ineenstrengelen
you all will intertwine
zullen ineenstrengelen
they will intertwine
Ik
Jij/Je/U
Hij/Zij/Het
Wij/We
Jullie
Zij
Conditional mood
zou ineenstrengelen
I would intertwine
zou ineenstrengelen
you would intertwine
zou ineenstrengelen
he/she/it would intertwine
zouden ineenstrengelen
we would intertwine
zouden ineenstrengelen
you all would intertwine
zouden ineenstrengelen
they would intertwine
Subjunctive mood
strengele ineen
I intertwine
strengele ineen
you intertwine
strengele ineen
he/she/it intertwine
strengele ineen
we intertwine
strengele ineen
you all intertwine
strengele ineen
they intertwine
Past perfect tense
was ineengestrengeld
I had intertwined
was ineengestrengeld
you had intertwined
was ineengestrengeld
he/she/it had intertwined
waren ineengestrengeld
we had intertwined
waren ineengestrengeld
you all had intertwined
waren ineengestrengeld
they had intertwined
Future perf.
zal ineengestrengeld zijn
I will have intertwined
zal ineengestrengeld zijn
you will have intertwined
zal ineengestrengeld zijn
he/she/it will have intertwined
zullen ineengestrengeld zijn
we will have intertwined
zullen ineengestrengeld zijn
you all will have intertwined
zullen ineengestrengeld zijn
they will have intertwined
Ik
Jij/Je/U
Hij/Zij/Het
Wij/We
Jullie
Zij
Conditional perfect tense
zou ineengestrengeld zijn
I would have intertwined
zou ineengestrengeld zijn
you would have intertwined
zou ineengestrengeld zijn
he/she/it would have intertwined
zouden ineengestrengeld zijn
we would have intertwined
zouden ineengestrengeld zijn
you all would have intertwined
zouden ineengestrengeld zijn
they would have intertwined
Present bijzin tense
ineenstrengel
I intertwine
ineenstrengelt
you intertwine
ineenstrengelt
he/she/it intertwines
ineenstrengelen
we intertwine
ineenstrengelen
you all intertwine
ineenstrengelen
they intertwine
Past bijzin tense
ineenstrengelde
I intertwined
ineenstrengelde
you intertwined
ineenstrengelde
he/she/it intertwined
ineenstrengelden
we intertwined
ineenstrengelden
you all intertwined
ineenstrengelden
they intertwined
Future bijzin tense
zal ineenstrengelen
I will intertwine
zult ineenstrengelen
you will intertwine
zal ineenstrengelen
he/she/it will intertwine
zullen ineenstrengelen
we will intertwine
zullen ineenstrengelen
you all will intertwine
zullen ineenstrengelen
they will intertwine
Ik
Jij/Je/U
Hij/Zij/Het
Wij/We
Jullie
Zij
Conditional bijzin mood
zou ineenstrengelen
I would intertwine
zou ineenstrengelen
you would intertwine
zou ineenstrengelen
he/she/it would intertwine
zouden ineenstrengelen
we would intertwine
zouden ineenstrengelen
you all would intertwine
zouden ineenstrengelen
they would intertwine
Subjunctive bijzin mood
ineenstrengele
I intertwine
ineenstrengele
you intertwine
ineenstrengele
he/she/it intertwine
ineenstrengele
we intertwine
ineenstrengele
you all intertwine
ineenstrengele
they intertwine
Du
Ihr
Imperative mood
strengel ineen
intertwine
strengelt ineen
intertwine

Examples of ineenstrengelen

Example in DutchTranslation in English
En ik kan de wijze zien hoe de bergpassen ineengestrengeld waren.And I could see the way that the runs intertwined.
Over lichamen, ineengestrengeld, onder een hemel vol onschuld."I'll sing of bodies intertwined underneath an innocent sky."
Ze blijven ineengestrengeld met anderen.They remain intertwined ones with the others.

More Dutch verbs

Related

Not found
We have none.

Similar

Not found
We have none.

Similar but longer

Not found
We have none.

Random

indalen
descend
indosseren
do
indruisen
conflict
ineengrijpen
interlock
ineenstorten
do
ineenvlechten
do
initiëren
initiate
inkapselen
encyst
inkelderen
do
inkijken
look into

Other Dutch verbs with the meaning similar to 'intertwine':

None found.
Learning languages?