Indompelen (to dip) conjugation

Dutch
3 examples

Conjugation of indompelen

Ik
Jij/Je/U
Hij/Zij/Het
Wij/We
Jullie
Zij
Present tense
dompel in
I dip
dompelt in
you dip
dompelt in
he/she/it dips
dompelen in
we dip
dompelen in
you all dip
dompelen in
they dip
Present perfect tense
heb ingedompeld
I have dipped
hebt ingedompeld
you have dipped
heeft ingedompeld
he/she/it has dipped
hebben ingedompeld
we have dipped
hebben ingedompeld
you all have dipped
hebben ingedompeld
they have dipped
Past tense
dompelde in
I dipped
dompelde in
you dipped
dompelde in
he/she/it dipped
dompelden in
we dipped
dompelden in
you all dipped
dompelden in
they dipped
Future tense
zal indompelen
I will dip
zult indompelen
you will dip
zal indompelen
he/she/it will dip
zullen indompelen
we will dip
zullen indompelen
you all will dip
zullen indompelen
they will dip
Ik
Jij/Je/U
Hij/Zij/Het
Wij/We
Jullie
Zij
Conditional mood
zou indompelen
I would dip
zou indompelen
you would dip
zou indompelen
he/she/it would dip
zouden indompelen
we would dip
zouden indompelen
you all would dip
zouden indompelen
they would dip
Subjunctive mood
dompele in
I dip
dompele in
you dip
dompele in
he/she/it dip
dompele in
we dip
dompele in
you all dip
dompele in
they dip
Past perfect tense
had ingedompeld
I had dipped
had ingedompeld
you had dipped
had ingedompeld
he/she/it had dipped
hadden ingedompeld
we had dipped
hadden ingedompeld
you all had dipped
hadden ingedompeld
they had dipped
Future perf.
zal ingedompeld hebben
I will have dipped
zal ingedompeld hebben
you will have dipped
zal ingedompeld hebben
he/she/it will have dipped
zullen ingedompeld hebben
we will have dipped
zullen ingedompeld hebben
you all will have dipped
zullen ingedompeld hebben
they will have dipped
Ik
Jij/Je/U
Hij/Zij/Het
Wij/We
Jullie
Zij
Conditional perfect tense
zou ingedompeld hebben
I would have dipped
zou ingedompeld hebben
you would have dipped
zou ingedompeld hebben
he/she/it would have dipped
zouden ingedompeld hebben
we would have dipped
zouden ingedompeld hebben
you all would have dipped
zouden ingedompeld hebben
they would have dipped
Present bijzin tense
indompel
I dip
indompelt
you dip
indompelt
he/she/it dips
indompelen
we dip
indompelen
you all dip
indompelen
they dip
Past bijzin tense
indompelde
I dipped
indompelde
you dipped
indompelde
he/she/it dipped
indompelden
we dipped
indompelden
you all dipped
indompelden
they dipped
Future bijzin tense
zal indompelen
I will dip
zult indompelen
you will dip
zal indompelen
he/she/it will dip
zullen indompelen
we will dip
zullen indompelen
you all will dip
zullen indompelen
they will dip
Ik
Jij/Je/U
Hij/Zij/Het
Wij/We
Jullie
Zij
Conditional bijzin mood
zou indompelen
I would dip
zou indompelen
you would dip
zou indompelen
he/she/it would dip
zouden indompelen
we would dip
zouden indompelen
you all would dip
zouden indompelen
they would dip
Subjunctive bijzin mood
indompele
I dip
indompele
you dip
indompele
he/she/it dip
indompele
we dip
indompele
you all dip
indompele
they dip
Du
Ihr
Imperative mood
dompel in
dip
dompelt in
dip

Examples of indompelen

Example in DutchTranslation in English
Eigenlijk zou ik Big Shug's ondergoed eten als hij het zou dippen in het deeg en het zou dompelen in vet.Gotta tell you, I'd eat Big Shug's underwear if he dipped it in batter and dropped it in some grease.
En tenzij je haar gaat dompelen in het brons. En plakt haar op de plank met de rest van uw collectie, Ze gaat opgroeien en iemand moet haar helpen.And unless you're gonna dip her in bronze and stick her on the shelf with the rest of your collectibles, she is going to grow up and somebody's gotta help her.
Ruffnut heeft bepaald dat als je jakmelk kookt, je het kunt bevriezen op een stokje en het kan dompelen in een verscheidenheid van smakelijke aroma's, inclusief kokosnoot.Ruffnut has determined that if you boil yak milk, you can freeze it on a stick and dip it in a variety of tasty flavorings,

More Dutch verbs

Related

Not found
We have none.

Similar

indommelen
drop off

Similar but longer

Not found
We have none.

Random

heffen
lift
huichelen
simulate
hyven
do
ignoreren
ignore
imiteren
imitate
inbreken
break an entry
indampen
evaporate
indommelen
drop off
indonderen
do
ingeven
do

Other Dutch verbs with the meaning similar to 'dip':

None found.
Learning languages?