Geringschatten (to disparage) conjugation

Dutch
2 examples

Conjugation of geringschatten

Ik
Jij/Je/U
Hij/Zij/Het
Wij/We
Jullie
Zij
Present tense
schat gering
I disparage
schat gering
you disparage
schat gering
he/she/it disparages
schatten gering
we disparage
schatten gering
you all disparage
schatten gering
they disparage
Present perfect tense
heb geringgeschat
I have disparaged
hebt geringgeschat
you have disparaged
heeft geringgeschat
he/she/it has disparaged
hebben geringgeschat
we have disparaged
hebben geringgeschat
you all have disparaged
hebben geringgeschat
they have disparaged
Past tense
schatte gering
I disparaged
schatte gering
you disparaged
schatte gering
he/she/it disparaged
schatten gering
we disparaged
schatten gering
you all disparaged
schatten gering
they disparaged
Future tense
zal geringschatten
I will disparage
zult geringschatten
you will disparage
zal geringschatten
he/she/it will disparage
zullen geringschatten
we will disparage
zullen geringschatten
you all will disparage
zullen geringschatten
they will disparage
Ik
Jij/Je/U
Hij/Zij/Het
Wij/We
Jullie
Zij
Conditional mood
zou geringschatten
I would disparage
zou geringschatten
you would disparage
zou geringschatten
he/she/it would disparage
zouden geringschatten
we would disparage
zouden geringschatten
you all would disparage
zouden geringschatten
they would disparage
Subjunctive mood
schatte gering
I disparage
schatte gering
you disparage
schatte gering
he/she/it disparage
schatte gering
we disparage
schatte gering
you all disparage
schatte gering
they disparage
Past perfect tense
had geringgeschat
I had disparaged
had geringgeschat
you had disparaged
had geringgeschat
he/she/it had disparaged
hadden geringgeschat
we had disparaged
hadden geringgeschat
you all had disparaged
hadden geringgeschat
they had disparaged
Future perf.
zal geringgeschat hebben
I will have disparaged
zal geringgeschat hebben
you will have disparaged
zal geringgeschat hebben
he/she/it will have disparaged
zullen geringgeschat hebben
we will have disparaged
zullen geringgeschat hebben
you all will have disparaged
zullen geringgeschat hebben
they will have disparaged
Ik
Jij/Je/U
Hij/Zij/Het
Wij/We
Jullie
Zij
Conditional perfect tense
zou geringgeschat hebben
I would have disparaged
zou geringgeschat hebben
you would have disparaged
zou geringgeschat hebben
he/she/it would have disparaged
zouden geringgeschat hebben
we would have disparaged
zouden geringgeschat hebben
you all would have disparaged
zouden geringgeschat hebben
they would have disparaged
Present bijzin tense
geringschat
I disparage
geringschat
you disparage
geringschat
he/she/it disparages
geringschatten
we disparage
geringschatten
you all disparage
geringschatten
they disparage
Past bijzin tense
geringschatte
I disparaged
geringschatte
you disparaged
geringschatte
he/she/it disparaged
geringschatten
we disparaged
geringschatten
you all disparaged
geringschatten
they disparaged
Future bijzin tense
zal geringschatten
I will disparage
zult geringschatten
you will disparage
zal geringschatten
he/she/it will disparage
zullen geringschatten
we will disparage
zullen geringschatten
you all will disparage
zullen geringschatten
they will disparage
Ik
Jij/Je/U
Hij/Zij/Het
Wij/We
Jullie
Zij
Conditional bijzin mood
zou geringschatten
I would disparage
zou geringschatten
you would disparage
zou geringschatten
he/she/it would disparage
zouden geringschatten
we would disparage
zouden geringschatten
you all would disparage
zouden geringschatten
they would disparage
Subjunctive bijzin mood
geringschatte
I disparage
geringschatte
you disparage
geringschatte
he/she/it disparage
geringschatte
we disparage
geringschatte
you all disparage
geringschatte
they disparage
Du
Ihr
Imperative mood
schat gering
disparage
schat gering
disparage

Examples of geringschatten

Example in DutchTranslation in English
Ik zou trots zijn om... de prinses te helpen haar moeder zo te eren... wiens leven en geloof zo snel worden geringschat.I should be proud to help the Princess thus honor the memory of her mother, whose life-and whose faith... Too many so easily disparage.
Guardian vindt het niets als we geringschattend doen over het boek.Guardian doesn't like us disparaging the book.

More Dutch verbs

Related

Not found
We have none.

Similar

Not found
We have none.

Similar but longer

Not found
We have none.

Random

frituren
curl
gatlikken
do
geiten
do
gelijkmaken
equalize
genaken
congratulate
gereedmaken
do
gerieven
oblige
germaniseren
germanize
getuigen
testify
gijpen
jibe

Other Dutch verbs with the meaning similar to 'disparage':

None found.
Learning languages?