Fascineren (to fascinate) conjugation

Dutch
29 examples

Conjugation of fascineren

Ik
Jij/Je/U
Hij/Zij/Het
Wij/We
Jullie
Zij
Present tense
fascineer
I fascinate
fascineert
you fascinate
fascineert
he/she/it fascinates
fascineren
we fascinate
fascineren
you all fascinate
fascineren
they fascinate
Present perfect tense
heb gefascineerd
I have fascinated
hebt gefascineerd
you have fascinated
heeft gefascineerd
he/she/it has fascinated
hebben gefascineerd
we have fascinated
hebben gefascineerd
you all have fascinated
hebben gefascineerd
they have fascinated
Past tense
fascineerde
I fascinated
fascineerde
you fascinated
fascineerde
he/she/it fascinated
fascineerden
we fascinated
fascineerden
you all fascinated
fascineerden
they fascinated
Future tense
zal fascineren
I will fascinate
zult fascineren
you will fascinate
zal fascineren
he/she/it will fascinate
zullen fascineren
we will fascinate
zullen fascineren
you all will fascinate
zullen fascineren
they will fascinate
Ik
Jij/Je/U
Hij/Zij/Het
Wij/We
Jullie
Zij
Conditional mood
zou fascineren
I would fascinate
zou fascineren
you would fascinate
zou fascineren
he/she/it would fascinate
zouden fascineren
we would fascinate
zouden fascineren
you all would fascinate
zouden fascineren
they would fascinate
Subjunctive mood
fascinere
I fascinate
fascinere
you fascinate
fascinere
he/she/it fascinate
fascinere
we fascinate
fascinere
you all fascinate
fascinere
they fascinate
Past perfect tense
had gefascineerd
I had fascinated
had gefascineerd
you had fascinated
had gefascineerd
he/she/it had fascinated
hadden gefascineerd
we had fascinated
hadden gefascineerd
you all had fascinated
hadden gefascineerd
they had fascinated
Future perf.
zal gefascineerd hebben
I will have fascinated
zal gefascineerd hebben
you will have fascinated
zal gefascineerd hebben
he/she/it will have fascinated
zullen gefascineerd hebben
we will have fascinated
zullen gefascineerd hebben
you all will have fascinated
zullen gefascineerd hebben
they will have fascinated
Ik
Jij/Je/U
Hij/Zij/Het
Wij/We
Jullie
Zij
Conditional perfect tense
zou gefascineerd hebben
I would have fascinated
zou gefascineerd hebben
you would have fascinated
zou gefascineerd hebben
he/she/it would have fascinated
zouden gefascineerd hebben
we would have fascinated
zouden gefascineerd hebben
you all would have fascinated
zouden gefascineerd hebben
they would have fascinated
Du
Ihr
Imperative mood
fascineer
fascinate
fascineert
fascinate

Examples of fascineren

Example in DutchTranslation in English
Auteurs fascineren me.Writers fascinate me.
Bloedzuigers fascineren me.Leeches just fascinate me.
De 13e en 14e eeuw fascineren me.I always been fascinated by the 13th and 14th century...
De geschiedenis en tradities van uw volk fascineren me.I have been fascinated, looking into the history and traditions of your people.
Die Arabieren die verhalen bij de couscous vertellen, fascineren me.Those Arabs, telling stories over couscous in the camp. They fascinate me.
Als u mij iets vertellen heeft en u wilt mijn hulp, gaat u gang en fascineer me.If you've got something to tell me and you want my help, go ahead, fascinate me.
'Epsteins zoektocht naar waarheid, logica en verstand fascineert me.' 'Net zoals ik horendol word van z'n halsstarrigheid en hoogdravendheid.'"Arnold Epstein's constant pursuit of truth, logic and reason fascinates me in the same proportion as his obstinacy and unnecessary heroics drive me to distraction."
- Dat verhaal... dat me zo fascineert.- What do you mean? - That story I heard, the one that fascinates me.
- De dood zelf fascineert mij.I'm fascinated by death itself:
- Geschiedenis fascineert mij. Zeker de jouwe.History fascinates me especially yours.
- Integendeel, je fascineert mij heel erg.On the contrary, you fascinate me.
"De vampier staat er om bekend dat zij gefascineerd is door bepaalde personen.- "The vampire is prone to be fascinated "by particular persons.
'De kolonel stond voor de glinsterende poel van licht, gefascineerd door de dansende rimpelingen.'"The colonel stood before the pool of shimmering light, fascinated by the dancing ripples in the event horizon. "
- ... en je hoorde het van mijn arm en als psycholoog ben je gefascineerd.And you heard about my arm, and as a psychologist, you're fascinated.
- Als wetenschapper ben ik gefascineerd.I'm fascinated, as a scientist.
- Geen wonder dat Nick gefascineerd was.No wonder Nick was so fascinated.
- Die man fascineerde je echt, hé ?You were really fascinated by him, weren't you?
- Het fascineerde haar.- Well, she was fascinated by... the murders, the swords...
Dat fascineerde me.I'm sorry. It fascinated me.
De macht die mijn vader had... Het fascineerde me.That power my dad had... it fascinated me.
De mensheid fascineerde me, maar maakte me ook bezorgd.I was fascinated by humanity, but worried as well.
Als kind fascineerden ze me.As a kid, they fascinated me.
Kortegolf radio's fascineerden mij altijd.You know, shortwave radios always fascinated me.
Kubrick richtte zich nu op een historische figuur... wiens triomfen, nederlagen en karakter hem fascineerden:Kubrick now turned to a mighty historical character whose triumphs, failures and personality fascinated him: Napoleon.
't Is best fascinerend.Because it's fascinating.
't Is fascinerend.It's a very fascinating case.
- Anatomisch gezien is het fascinerend.It's an anatomically fascinating case.
- Daniel vind het fascinerend. - Nee, ik vroeg me alleen af of je het nog wilde zien.Daniel thinks it's fascinating.
- Dat is een fascinerend verhaal.Minding his own business -- that's a fascinating story.

More Dutch verbs

Related

Not found
We have none.

Similar

Not found
We have none.

Similar but longer

Not found
We have none.

Other Dutch verbs with the meaning similar to 'fascinate':

None found.
Learning languages?