Speak any language with confidence

Take our quick quiz to start your journey to fluency today!

Get started

Essayeren (to do) conjugation

Dutch
Ik
Jij/Je/U
Hij/Zij/Het
Wij/We
Jullie
Zij
Present tense
essayeer
essayeert
essayeert
essayeren
essayeren
essayeren
Present perfect tense
heb geëssayeerd
hebt geëssayeerd
heeft geëssayeerd
hebben geëssayeerd
hebben geëssayeerd
hebben geëssayeerd
Past tense
essayeerde
essayeerde
essayeerde
essayeerden
essayeerden
essayeerden
Future tense
zal essayeren
zult essayeren
zal essayeren
zullen essayeren
zullen essayeren
zullen essayeren
Ik
Jij/Je/U
Hij/Zij/Het
Wij/We
Jullie
Zij
Conditional mood
zou essayeren
zou essayeren
zou essayeren
zouden essayeren
zouden essayeren
zouden essayeren
Subjunctive mood
essayere
essayere
essayere
essayere
essayere
essayere
Past perfect tense
had geëssayeerd
had geëssayeerd
had geëssayeerd
hadden geëssayeerd
hadden geëssayeerd
hadden geëssayeerd
Future perf.
zal geëssayeerd hebben
zal geëssayeerd hebben
zal geëssayeerd hebben
zullen geëssayeerd hebben
zullen geëssayeerd hebben
zullen geëssayeerd hebben
Ik
Jij/Je/U
Hij/Zij/Het
Wij/We
Jullie
Zij
Conditional perfect tense
zou geëssayeerd hebben
zou geëssayeerd hebben
zou geëssayeerd hebben
zouden geëssayeerd hebben
zouden geëssayeerd hebben
zouden geëssayeerd hebben
Du
Ihr
Imperative mood
essayeer
essayeert

More Dutch verbs

Related

Not found
We have none.

Similar

Not found
We have none.

Similar but longer

Not found
We have none.

Other Dutch verbs with the meaning similar to 'do':

None found.