Endosseren (to endorse) conjugation

Dutch
1 examples

Conjugation of endosseren

Ik
Jij/Je/U
Hij/Zij/Het
Wij/We
Jullie
Zij
Present tense
endosseer
I endorse
endosseert
you endorse
endosseert
he/she/it endorses
endosseren
we endorse
endosseren
you all endorse
endosseren
they endorse
Present perfect tense
heb geëndosseerd
I have endorsed
hebt geëndosseerd
you have endorsed
heeft geëndosseerd
he/she/it has endorsed
hebben geëndosseerd
we have endorsed
hebben geëndosseerd
you all have endorsed
hebben geëndosseerd
they have endorsed
Past tense
endosseerde
I endorsed
endosseerde
you endorsed
endosseerde
he/she/it endorsed
endosseerden
we endorsed
endosseerden
you all endorsed
endosseerden
they endorsed
Future tense
zal endosseren
I will endorse
zult endosseren
you will endorse
zal endosseren
he/she/it will endorse
zullen endosseren
we will endorse
zullen endosseren
you all will endorse
zullen endosseren
they will endorse
Ik
Jij/Je/U
Hij/Zij/Het
Wij/We
Jullie
Zij
Conditional mood
zou endosseren
I would endorse
zou endosseren
you would endorse
zou endosseren
he/she/it would endorse
zouden endosseren
we would endorse
zouden endosseren
you all would endorse
zouden endosseren
they would endorse
Subjunctive mood
endossere
I endorse
endossere
you endorse
endossere
he/she/it endorse
endossere
we endorse
endossere
you all endorse
endossere
they endorse
Past perfect tense
had geëndosseerd
I had endorsed
had geëndosseerd
you had endorsed
had geëndosseerd
he/she/it had endorsed
hadden geëndosseerd
we had endorsed
hadden geëndosseerd
you all had endorsed
hadden geëndosseerd
they had endorsed
Future perf.
zal geëndosseerd hebben
I will have endorsed
zal geëndosseerd hebben
you will have endorsed
zal geëndosseerd hebben
he/she/it will have endorsed
zullen geëndosseerd hebben
we will have endorsed
zullen geëndosseerd hebben
you all will have endorsed
zullen geëndosseerd hebben
they will have endorsed
Ik
Jij/Je/U
Hij/Zij/Het
Wij/We
Jullie
Zij
Conditional perfect tense
zou geëndosseerd hebben
I would have endorsed
zou geëndosseerd hebben
you would have endorsed
zou geëndosseerd hebben
he/she/it would have endorsed
zouden geëndosseerd hebben
we would have endorsed
zouden geëndosseerd hebben
you all would have endorsed
zouden geëndosseerd hebben
they would have endorsed
Du
Ihr
Imperative mood
endosseer
endorse
endosseert
endorse

Examples of endosseren

Example in DutchTranslation in English
Ik heb hem nog niet geëndosseerd.But I haven't endorsed it yet!

More Dutch verbs

Related

Not found
We have none.

Similar

indosseren
do

Similar but longer

Not found
We have none.

Other Dutch verbs with the meaning similar to 'endorse':

None found.
Learning languages?