Doornummeren (to do) conjugation

Dutch
1 examples

Conjugation of doornummeren

Ik
Jij/Je/U
Hij/Zij/Het
Wij/We
Jullie
Zij
Present tense
nummer door
I do
nummert door
you do
nummert door
he/she/it does
nummeren door
we do
nummeren door
you all do
nummeren door
they do
Present perfect tense
heb doorgenummerd
I have done
hebt doorgenummerd
you have done
heeft doorgenummerd
he/she/it has done
hebben doorgenummerd
we have done
hebben doorgenummerd
you all have done
hebben doorgenummerd
they have done
Past tense
nummerde door
I did
nummerde door
you did
nummerde door
he/she/it did
nummerden door
we did
nummerden door
you all did
nummerden door
they did
Future tense
zal doornummeren
I will do
zult doornummeren
you will do
zal doornummeren
he/she/it will do
zullen doornummeren
we will do
zullen doornummeren
you all will do
zullen doornummeren
they will do
Ik
Jij/Je/U
Hij/Zij/Het
Wij/We
Jullie
Zij
Conditional mood
zou doornummeren
I would do
zou doornummeren
you would do
zou doornummeren
he/she/it would do
zouden doornummeren
we would do
zouden doornummeren
you all would do
zouden doornummeren
they would do
Subjunctive mood
nummere door
I do
nummere door
you do
nummere door
he/she/it do
nummere door
we do
nummere door
you all do
nummere door
they do
Past perfect tense
had doorgenummerd
I had done
had doorgenummerd
you had done
had doorgenummerd
he/she/it had done
hadden doorgenummerd
we had done
hadden doorgenummerd
you all had done
hadden doorgenummerd
they had done
Future perf.
zal doorgenummerd hebben
I will have done
zal doorgenummerd hebben
you will have done
zal doorgenummerd hebben
he/she/it will have done
zullen doorgenummerd hebben
we will have done
zullen doorgenummerd hebben
you all will have done
zullen doorgenummerd hebben
they will have done
Ik
Jij/Je/U
Hij/Zij/Het
Wij/We
Jullie
Zij
Conditional perfect tense
zou doorgenummerd hebben
I would have done
zou doorgenummerd hebben
you would have done
zou doorgenummerd hebben
he/she/it would have done
zouden doorgenummerd hebben
we would have done
zouden doorgenummerd hebben
you all would have done
zouden doorgenummerd hebben
they would have done
Present bijzin tense
doornummer
I do
doornummert
you do
doornummert
he/she/it does
doornummeren
we do
doornummeren
you all do
doornummeren
they do
Past bijzin tense
doornummerde
I did
doornummerde
you did
doornummerde
he/she/it did
doornummerden
we did
doornummerden
you all did
doornummerden
they did
Future bijzin tense
zal doornummeren
I will do
zult doornummeren
you will do
zal doornummeren
he/she/it will do
zullen doornummeren
we will do
zullen doornummeren
you all will do
zullen doornummeren
they will do
Ik
Jij/Je/U
Hij/Zij/Het
Wij/We
Jullie
Zij
Conditional bijzin mood
zou doornummeren
I would do
zou doornummeren
you would do
zou doornummeren
he/she/it would do
zouden doornummeren
we would do
zouden doornummeren
you all would do
zouden doornummeren
they would do
Subjunctive bijzin mood
doornummere
I do
doornummere
you do
doornummere
he/she/it do
doornummere
we do
doornummere
you all do
doornummere
they do
Du
Ihr
Imperative mood
nummer door
do
nummert
do

Examples of doornummeren

Example in DutchTranslation in English
Ze gaven dan hun nummer door.whatever the call was. l don't really remember.

More Dutch verbs

Related

Not found
We have none.

Similar

Not found
We have none.

Similar but longer

Not found
We have none.

Random

dissimileren
disseminate
doorberekenen
pass
doorbetalen
do
dooreenwerken
do
doorgraven
dig through
doorhangen
do
doormarcheren
do
doornemen
repeat
doorpakken
do
doorschakelen
forward

Other Dutch verbs with the meaning similar to 'do':

None found.
Learning languages?