Domiciliëren (to do) conjugation

Dutch

Conjugation of eiti

Ik
Jij/Je/U
Hij/Zij/Het
Wij/We
Jullie
Zij
Present tense
domicilieer
I do
domicilieert
you do
domicilieert
he/she/it does
domiciliëren
we do
domiciliëren
you all do
domiciliëren
they do
Present perfect tense
heb gedomicilieerd
I have done
hebt gedomicilieerd
you have done
heeft gedomicilieerd
he/she/it has done
hebben gedomicilieerd
we have done
hebben gedomicilieerd
you all have done
hebben gedomicilieerd
they have done
Past tense
domicilieerde
I did
domicilieerde
you did
domicilieerde
he/she/it did
domicilieerden
we did
domicilieerden
you all did
domicilieerden
they did
Future tense
zal domiciliëren
I will do
zult domiciliëren
you will do
zal domiciliëren
he/she/it will do
zullen domiciliëren
we will do
zullen domiciliëren
you all will do
zullen domiciliëren
they will do
Ik
Jij/Je/U
Hij/Zij/Het
Wij/We
Jullie
Zij
Conditional mood
zou domiciliëren
I would do
zou domiciliëren
you would do
zou domiciliëren
he/she/it would do
zouden domiciliëren
we would do
zouden domiciliëren
you all would do
zouden domiciliëren
they would do
Subjunctive mood
domiciliëre
I do
domiciliëre
you do
domiciliëre
he/she/it do
domiciliëre
we do
domiciliëre
you all do
domiciliëre
they do
Past perfect tense
had gedomicilieerd
I had done
had gedomicilieerd
you had done
had gedomicilieerd
he/she/it had done
hadden gedomicilieerd
we had done
hadden gedomicilieerd
you all had done
hadden gedomicilieerd
they had done
Future perf.
zal gedomicilieerd hebben
I will have done
zal gedomicilieerd hebben
you will have done
zal gedomicilieerd hebben
he/she/it will have done
zullen gedomicilieerd hebben
we will have done
zullen gedomicilieerd hebben
you all will have done
zullen gedomicilieerd hebben
they will have done
Ik
Jij/Je/U
Hij/Zij/Het
Wij/We
Jullie
Zij
Conditional perfect tense
zou gedomicilieerd hebben
I would have done
zou gedomicilieerd hebben
you would have done
zou gedomicilieerd hebben
he/she/it would have done
zouden gedomicilieerd hebben
we would have done
zouden gedomicilieerd hebben
you all would have done
zouden gedomicilieerd hebben
they would have done
Du
Ihr
Imperative mood
domicilieer
do
domicilieert
do

More Dutch verbs

Related

Not found
We have none.

Similar

Not found
We have none.

Similar but longer

Not found
We have none.

Random

demarreren
do
diffameren
defame
distilleren
distill
doddelen
do
dogmatiseren
dogmatise
dolen
roam
domesticeren
do
domineren
dominate
doodgaan
die
doodvriezen
freeze to death

Other Dutch verbs with the meaning similar to 'do':

None found.
Learning languages?