Consacreren (to consecrate) conjugation

Dutch
8 examples

Conjugation of consacreren

Ik
Jij/Je/U
Hij/Zij/Het
Wij/We
Jullie
Zij
Present tense
consacreer
I consecrate
consacreert
you consecrate
consacreert
he/she/it consecrates
consacreren
we consecrate
consacreren
you all consecrate
consacreren
they consecrate
Present perfect tense
heb geconsacreerd
I have consecrated
hebt geconsacreerd
you have consecrated
heeft geconsacreerd
he/she/it has consecrated
hebben geconsacreerd
we have consecrated
hebben geconsacreerd
you all have consecrated
hebben geconsacreerd
they have consecrated
Past tense
consacreerde
I consecrated
consacreerde
you consecrated
consacreerde
he/she/it consecrated
consacreerden
we consecrated
consacreerden
you all consecrated
consacreerden
they consecrated
Future tense
zal consacreren
I will consecrate
zult consacreren
you will consecrate
zal consacreren
he/she/it will consecrate
zullen consacreren
we will consecrate
zullen consacreren
you all will consecrate
zullen consacreren
they will consecrate
Ik
Jij/Je/U
Hij/Zij/Het
Wij/We
Jullie
Zij
Conditional mood
zou consacreren
I would consecrate
zou consacreren
you would consecrate
zou consacreren
he/she/it would consecrate
zouden consacreren
we would consecrate
zouden consacreren
you all would consecrate
zouden consacreren
they would consecrate
Subjunctive mood
consacrere
I consecrate
consacrere
you consecrate
consacrere
he/she/it consecrate
consacrere
we consecrate
consacrere
you all consecrate
consacrere
they consecrate
Past perfect tense
had geconsacreerd
I had consecrated
had geconsacreerd
you had consecrated
had geconsacreerd
he/she/it had consecrated
hadden geconsacreerd
we had consecrated
hadden geconsacreerd
you all had consecrated
hadden geconsacreerd
they had consecrated
Future perf.
zal geconsacreerd hebben
I will have consecrated
zal geconsacreerd hebben
you will have consecrated
zal geconsacreerd hebben
he/she/it will have consecrated
zullen geconsacreerd hebben
we will have consecrated
zullen geconsacreerd hebben
you all will have consecrated
zullen geconsacreerd hebben
they will have consecrated
Ik
Jij/Je/U
Hij/Zij/Het
Wij/We
Jullie
Zij
Conditional perfect tense
zou geconsacreerd hebben
I would have consecrated
zou geconsacreerd hebben
you would have consecrated
zou geconsacreerd hebben
he/she/it would have consecrated
zouden geconsacreerd hebben
we would have consecrated
zouden geconsacreerd hebben
you all would have consecrated
zouden geconsacreerd hebben
they would have consecrated
Du
Ihr
Imperative mood
consacreer
consecrate
consacreert
consecrate

Examples of consacreren

Example in DutchTranslation in English
Als we onze moeder daar begraven en die grond consacreren, dan kunnen we het oogstritueel afmaken.So if we bury our mother there and we consecrate those grounds, we can finish the harvest ritual.
Ik probeerde haar de consacreren en haar kracht te absorberen -maar er is niets.I tried to consecrate her and absorb her magic, but there's nothing there.
Toen heb ik haar opgegraven zodat ik haar botten kon consacreren en haar krachten op absorberen.So I could consecrate her bones and absorb her power.
Ik consacreer deze botten aan de aarde.I consecrate these bones to the earth.
De magie van een heks zit in haar botten totdat ze geconsacreerd is.A witch's magic is infused in her bones until consecrated.
Ik zat te denken. Mijn moeder was hier geconsacreerd en begraven.I was thinking, my mother was consecrated and buried here.
Wanneer de overblijfselen van een heks geconsacreerd worden, voedt die kracht de rest van hun gemeenschap.When a witch's remains are consecrated, that power fuels the rest of their community.
In 1742 was er een heksenmassacre die de alle ouderen vermoordde. Dus ze besloten dat degene die de meest krachtige heks in de gemeenschap consacreerde, oudere werd.In 1742, there was a witch massacre that wiped out all the elders, so they decided whoever consecrated the most powerful dead witch in the community became an elder.

More Dutch verbs

Related

Not found
We have none.

Similar

consecreren
consecrate
conspireren
conspire

Similar but longer

Not found
We have none.

Random

calcineren
calcinate
changeren
do
chaufferen
drive
choreograferen
choreograph
confisqueren
confiscate
connoteren
do
consecreren
consecrate
coproduceren
coproduce
corroderen
correct
counselen
counsel

Other Dutch verbs with the meaning similar to 'consecrate':

None found.
Learning languages?