Concretiseren (to do) conjugation

Dutch

Conjugation of concretiseren

Ik
Jij/Je/U
Hij/Zij/Het
Wij/We
Jullie
Zij
Present tense
concretiseer
I do
concretiseert
you do
concretiseert
he/she/it does
concretiseren
we do
concretiseren
you all do
concretiseren
they do
Present perfect tense
heb geconcretiseerd
I have done
hebt geconcretiseerd
you have done
heeft geconcretiseerd
he/she/it has done
hebben geconcretiseerd
we have done
hebben geconcretiseerd
you all have done
hebben geconcretiseerd
they have done
Past tense
concretiseerde
I did
concretiseerde
you did
concretiseerde
he/she/it did
concretiseerden
we did
concretiseerden
you all did
concretiseerden
they did
Future tense
zal concretiseren
I will do
zult concretiseren
you will do
zal concretiseren
he/she/it will do
zullen concretiseren
we will do
zullen concretiseren
you all will do
zullen concretiseren
they will do
Ik
Jij/Je/U
Hij/Zij/Het
Wij/We
Jullie
Zij
Conditional mood
zou concretiseren
I would do
zou concretiseren
you would do
zou concretiseren
he/she/it would do
zouden concretiseren
we would do
zouden concretiseren
you all would do
zouden concretiseren
they would do
Subjunctive mood
concretisere
I do
concretisere
you do
concretisere
he/she/it do
concretisere
we do
concretisere
you all do
concretisere
they do
Past perfect tense
had geconcretiseerd
I had done
had geconcretiseerd
you had done
had geconcretiseerd
he/she/it had done
hadden geconcretiseerd
we had done
hadden geconcretiseerd
you all had done
hadden geconcretiseerd
they had done
Future perf.
zal geconcretiseerd hebben
I will have done
zal geconcretiseerd hebben
you will have done
zal geconcretiseerd hebben
he/she/it will have done
zullen geconcretiseerd hebben
we will have done
zullen geconcretiseerd hebben
you all will have done
zullen geconcretiseerd hebben
they will have done
Ik
Jij/Je/U
Hij/Zij/Het
Wij/We
Jullie
Zij
Conditional perfect tense
zou geconcretiseerd hebben
I would have done
zou geconcretiseerd hebben
you would have done
zou geconcretiseerd hebben
he/she/it would have done
zouden geconcretiseerd hebben
we would have done
zouden geconcretiseerd hebben
you all would have done
zouden geconcretiseerd hebben
they would have done
Du
Ihr
Imperative mood
concretiseer
do
concretiseert
do

More Dutch verbs

Related

Not found
We have none.

Similar

Not found
We have none.

Similar but longer

Not found
We have none.

Random

cancelen
cancel
capteren
capitulate
civiliseren
civilize
commuteren
commute
complementeren
complement
concorderen
do
concurreren
do
confereren
confer
contacteren
contact
conveniëren
do

Other Dutch verbs with the meaning similar to 'do':

None found.
Learning languages?