Certificeren (to certify) conjugation

Dutch
14 examples

Conjugation of certificeren

Ik
Jij/Je/U
Hij/Zij/Het
Wij/We
Jullie
Zij
Present tense
certificeer
I certify
certificeert
you certify
certificeert
he/she/it certifies
certificeren
we certify
certificeren
you all certify
certificeren
they certify
Present perfect tense
heb gecertificeerd
I have certified
hebt gecertificeerd
you have certified
heeft gecertificeerd
he/she/it has certified
hebben gecertificeerd
we have certified
hebben gecertificeerd
you all have certified
hebben gecertificeerd
they have certified
Past tense
certificeerde
I certified
certificeerde
you certified
certificeerde
he/she/it certified
certificeerden
we certified
certificeerden
you all certified
certificeerden
they certified
Future tense
zal certificeren
I will certify
zult certificeren
you will certify
zal certificeren
he/she/it will certify
zullen certificeren
we will certify
zullen certificeren
you all will certify
zullen certificeren
they will certify
Ik
Jij/Je/U
Hij/Zij/Het
Wij/We
Jullie
Zij
Conditional mood
zou certificeren
I would certify
zou certificeren
you would certify
zou certificeren
he/she/it would certify
zouden certificeren
we would certify
zouden certificeren
you all would certify
zouden certificeren
they would certify
Subjunctive mood
certificere
I certify
certificere
you certify
certificere
he/she/it certify
certificere
we certify
certificere
you all certify
certificere
they certify
Past perfect tense
had gecertificeerd
I had certified
had gecertificeerd
you had certified
had gecertificeerd
he/she/it had certified
hadden gecertificeerd
we had certified
hadden gecertificeerd
you all had certified
hadden gecertificeerd
they had certified
Future perf.
zal gecertificeerd hebben
I will have certified
zal gecertificeerd hebben
you will have certified
zal gecertificeerd hebben
he/she/it will have certified
zullen gecertificeerd hebben
we will have certified
zullen gecertificeerd hebben
you all will have certified
zullen gecertificeerd hebben
they will have certified
Ik
Jij/Je/U
Hij/Zij/Het
Wij/We
Jullie
Zij
Conditional perfect tense
zou gecertificeerd hebben
I would have certified
zou gecertificeerd hebben
you would have certified
zou gecertificeerd hebben
he/she/it would have certified
zouden gecertificeerd hebben
we would have certified
zouden gecertificeerd hebben
you all would have certified
zouden gecertificeerd hebben
they would have certified
Du
Ihr
Imperative mood
certificeer
certify
certificeert
certify

Examples of certificeren

Example in DutchTranslation in English
Bleekmiddelgebit was duidelijk niet verantwoordelijk voor het plan om het Taggart Museum te de-certificeren, maar hij was groot in onroerend goed.Bleach-teeth was obviously not in charge of the scheme to decertify the Taggart Museum, but he was big in real estate.
Chief, het is mijn taak alle juridische overeenkomsten te herzien betreffende gedragingen van agenten, en ik weiger dit document te certificeren.Chief, it is my job to review all legal agreements concerning officer conduct, and I refuse to certify this document.
Ik heb mensen die dat soort dingen voor mij certificeren.I have people who certify these things for me.
Ik wil Walter graag certificeren.I'd like to certify Walter.
Ik zal de echtheid certificeren zoals gevraagd.Well, i'll certify the authenticity as you requested.
Ik certificeer de vraag voor een tussenvonnis in hoger beroep.I'll certify the question to allow an interlocutory appeal. But I'm afraid that's all I can do.
Ik certificeer hem niet.- I'm not certifying him!
Wat gebeurt er als ik Colombia niet certificeer?What would happen if I don't recertify Colombia?
Zoek uit wat er gebeurt als ik Colombia niet certificeer, maar decertificeer.Do me a favor, find out what happens if I don't certify Colombia. Find out what happens if I decertify Colombia.
'Awesome' is degene die mij heeft gecertificeerd.Awesome is who certified me.
'Namens de Spoedeisende Medische Dienstencertificatie, hebben wij de eer om u op de hoogte te stellen dat u de 24 weken van het trainingsprogramma heeft voltooid, en nu gecertificeerd bent voor de positie van station supervisor'."On behalf of the Emergency Medical Services "Certification Board, it's our privilege to inform you "that you have completed the 24-week training program and now are certified for the position of station supervisor."
'We weten dat de stalen componenten waren gecertificeerd als ASTM-E-119, de tijd-temperatuur test vereist dat deze stukken moeten worden blootgesteld aan 1100 graden celcius voor enkele uren." We know that the steel components were certified to ASTM E119. " " The time temperature curves for this standard require the samples to be exposed to temperatures around 2000F for several hours. "
- Alleen als de bond niet is gecertificeerd voor de door rechter opgelegde deadline.- Only if the union is not certified before the court-imposed deadline.
- Ik ben een gecertificeerd iemand.I'm certified in body modification.

More Dutch verbs

Related

Not found
We have none.

Similar

Not found
We have none.

Similar but longer

Not found
We have none.

Other Dutch verbs with the meaning similar to 'certify':

None found.
Learning languages?