Calqueren (to trace) conjugation

Dutch

Conjugation of calqueren

Ik
Jij/Je/U
Hij/Zij/Het
Wij/We
Jullie
Zij
Present tense
calqueer
I trace
calqueert
you trace
calqueert
he/she/it traces
calqueren
we trace
calqueren
you all trace
calqueren
they trace
Present perfect tense
heb gecalqueerd
I have traced
hebt gecalqueerd
you have traced
heeft gecalqueerd
he/she/it has traced
hebben gecalqueerd
we have traced
hebben gecalqueerd
you all have traced
hebben gecalqueerd
they have traced
Past tense
calqueerde
I traced
calqueerde
you traced
calqueerde
he/she/it traced
calqueerden
we traced
calqueerden
you all traced
calqueerden
they traced
Future tense
zal calqueren
I will trace
zult calqueren
you will trace
zal calqueren
he/she/it will trace
zullen calqueren
we will trace
zullen calqueren
you all will trace
zullen calqueren
they will trace
Ik
Jij/Je/U
Hij/Zij/Het
Wij/We
Jullie
Zij
Conditional mood
zou calqueren
I would trace
zou calqueren
you would trace
zou calqueren
he/she/it would trace
zouden calqueren
we would trace
zouden calqueren
you all would trace
zouden calqueren
they would trace
Subjunctive mood
calquere
I trace
calquere
you trace
calquere
he/she/it trace
calquere
we trace
calquere
you all trace
calquere
they trace
Past perfect tense
had gecalqueerd
I had traced
had gecalqueerd
you had traced
had gecalqueerd
he/she/it had traced
hadden gecalqueerd
we had traced
hadden gecalqueerd
you all had traced
hadden gecalqueerd
they had traced
Future perf.
zal gecalqueerd hebben
I will have traced
zal gecalqueerd hebben
you will have traced
zal gecalqueerd hebben
he/she/it will have traced
zullen gecalqueerd hebben
we will have traced
zullen gecalqueerd hebben
you all will have traced
zullen gecalqueerd hebben
they will have traced
Ik
Jij/Je/U
Hij/Zij/Het
Wij/We
Jullie
Zij
Conditional perfect tense
zou gecalqueerd hebben
I would have traced
zou gecalqueerd hebben
you would have traced
zou gecalqueerd hebben
he/she/it would have traced
zouden gecalqueerd hebben
we would have traced
zouden gecalqueerd hebben
you all would have traced
zouden gecalqueerd hebben
they would have traced
Du
Ihr
Imperative mood
calqueer
trace
calqueert
trace

More Dutch verbs

Related

Not found
We have none.

Similar

choqueren
choke

Similar but longer

Not found
We have none.

Random

blootwoelen
do
breien
knit
bruinbakken
do
buitenkomen
come out
buitenstaan
stand outside
buurten
do
calculeren
calculate
camoufleren
camouflage
cesseren
cease
chaperonneren
chaperon

Other Dutch verbs with the meaning similar to 'trace':

None found.
Learning languages?