Speak any language with confidence

Take our quick quiz to start your journey to fluency today!

Get started

Binnenspelen (to do) conjugation

Dutch
4 examples

Conjugation of binnenspelen

Ik
Jij/Je/U
Hij/Zij/Het
Wij/We
Jullie
Zij
Present tense
speel binnen
I do
speelt binnen
you do
speelt binnen
he/she/it does
spelen binnen
we do
spelen binnen
you all do
spelen binnen
they do
Present perfect tense
heb binnengespeeld
I have done
hebt binnengespeeld
you have done
heeft binnengespeeld
he/she/it has done
hebben binnengespeeld
we have done
hebben binnengespeeld
you all have done
hebben binnengespeeld
they have done
Past tense
speelde binnen
I did
speelde binnen
you did
speelde binnen
he/she/it did
speelden binnen
we did
speelden binnen
you all did
speelden binnen
they did
Future tense
zal binnenspelen
I will do
zult binnenspelen
you will do
zal binnenspelen
he/she/it will do
zullen binnenspelen
we will do
zullen binnenspelen
you all will do
zullen binnenspelen
they will do
Ik
Jij/Je/U
Hij/Zij/Het
Wij/We
Jullie
Zij
Conditional mood
zou binnenspelen
I would do
zou binnenspelen
you would do
zou binnenspelen
he/she/it would do
zouden binnenspelen
we would do
zouden binnenspelen
you all would do
zouden binnenspelen
they would do
Subjunctive mood
spele binnen
I do
spele binnen
you do
spele binnen
he/she/it do
spele binnen
we do
spele binnen
you all do
spele binnen
they do
Past perfect tense
had binnengespeeld
I had done
had binnengespeeld
you had done
had binnengespeeld
he/she/it had done
hadden binnengespeeld
we had done
hadden binnengespeeld
you all had done
hadden binnengespeeld
they had done
Future perf.
zal binnengespeeld hebben
I will have done
zal binnengespeeld hebben
you will have done
zal binnengespeeld hebben
he/she/it will have done
zullen binnengespeeld hebben
we will have done
zullen binnengespeeld hebben
you all will have done
zullen binnengespeeld hebben
they will have done
Ik
Jij/Je/U
Hij/Zij/Het
Wij/We
Jullie
Zij
Conditional perfect tense
zou binnengespeeld hebben
I would have done
zou binnengespeeld hebben
you would have done
zou binnengespeeld hebben
he/she/it would have done
zouden binnengespeeld hebben
we would have done
zouden binnengespeeld hebben
you all would have done
zouden binnengespeeld hebben
they would have done
Present bijzin tense
binnenspeel
I do
binnenspeelt
you do
binnenspeelt
he/she/it does
binnenspelen
we do
binnenspelen
you all do
binnenspelen
they do
Past bijzin tense
binnenspeelde
I did
binnenspeelde
you did
binnenspeelde
he/she/it did
binnenspeelden
we did
binnenspeelden
you all did
binnenspeelden
they did
Future bijzin tense
zal binnenspelen
I will do
zult binnenspelen
you will do
zal binnenspelen
he/she/it will do
zullen binnenspelen
we will do
zullen binnenspelen
you all will do
zullen binnenspelen
they will do
Ik
Jij/Je/U
Hij/Zij/Het
Wij/We
Jullie
Zij
Conditional bijzin mood
zou binnenspelen
I would do
zou binnenspelen
you would do
zou binnenspelen
he/she/it would do
zouden binnenspelen
we would do
zouden binnenspelen
you all would do
zouden binnenspelen
they would do
Subjunctive bijzin mood
binnenspele
I do
binnenspele
you do
binnenspele
he/she/it do
binnenspele
we do
binnenspele
you all do
binnenspele
they do
Du
Ihr
Imperative mood
speel binnen
do
speelt binnen
do

Examples of binnenspelen

Example in DutchTranslation in English
Ik ga zoveel mogelijk binnenspelen voor Yelland eraan komt en zich het leeuwendeel toeeigent, zoals gewoonlijk.I'm going to get as much down me as possible before Yelland arrives and hogs the lion's share, as usual.
Ik speel binnen 10 min tegen de president van de maatschappij, wat kan ik voor je doen, Jordan?I tee off with the president of the label in ten minutes. So what can I do for you, Jordan?
De partij van Birgitte Nyborg ligt slecht in de peilingen... omdat ze geen rol speelt binnen de oppositie.Birgitte Nyborg's party is doing badly in the polls... because it plays no role in the opposition.
Ja, maar ze spelen binnen, en 's avonds.- But the games are indoors, at night.

More Dutch verbs

Related

Not found
We have none.

Similar

Not found
We have none.

Similar but longer

Not found
We have none.

Other Dutch verbs with the meaning similar to 'do':

None found.