Binnenkrijgen (to come in) conjugation

Dutch
2 examples

Conjugation of binnenkrijgen

Ik
Jij/Je/U
Hij/Zij/Het
Wij/We
Jullie
Zij
Present tense
krijg binnen
I come in
krijgt binnen
you come in
krijgt binnen
he/she/it comes in
krijgen binnen
we come in
krijgen binnen
you all come in
krijgen binnen
they come in
Present perfect tense
heb binnengekregen
I have come in
hebt binnengekregen
you have come in
heeft binnengekregen
he/she/it has come in
hebben binnengekregen
we have come in
hebben binnengekregen
you all have come in
hebben binnengekregen
they have come in
Past tense
kreeg binnen
I came in
kreeg binnen
you came in
kreeg binnen
he/she/it came in
kregen binnen
we came in
kregen binnen
you all came in
kregen binnen
they came in
Future tense
zal binnenkrijgen
I will come in
zult binnenkrijgen
you will come in
zal binnenkrijgen
he/she/it will come in
zullen binnenkrijgen
we will come in
zullen binnenkrijgen
you all will come in
zullen binnenkrijgen
they will come in
Ik
Jij/Je/U
Hij/Zij/Het
Wij/We
Jullie
Zij
Conditional mood
zou binnenkrijgen
I would come in
zou binnenkrijgen
you would come in
zou binnenkrijgen
he/she/it would come in
zouden binnenkrijgen
we would come in
zouden binnenkrijgen
you all would come in
zouden binnenkrijgen
they would come in
Subjunctive mood
krijge binnen
I come in
krijge binnen
you come in
krijge binnen
he/she/it come in
krijge binnen
we come in
krijge binnen
you all come in
krijge binnen
they come in
Past perfect tense
had binnengekregen
I had come in
had binnengekregen
you had come in
had binnengekregen
he/she/it had come in
hadden binnengekregen
we had come in
hadden binnengekregen
you all had come in
hadden binnengekregen
they had come in
Future perf.
zal binnengekregen hebben
I will have come in
zal binnengekregen hebben
you will have come in
zal binnengekregen hebben
he/she/it will have come in
zullen binnengekregen hebben
we will have come in
zullen binnengekregen hebben
you all will have come in
zullen binnengekregen hebben
they will have come in
Ik
Jij/Je/U
Hij/Zij/Het
Wij/We
Jullie
Zij
Conditional perfect tense
zou binnengekregen hebben
I would have come in
zou binnengekregen hebben
you would have come in
zou binnengekregen hebben
he/she/it would have come in
zouden binnengekregen hebben
we would have come in
zouden binnengekregen hebben
you all would have come in
zouden binnengekregen hebben
they would have come in
Present bijzin tense
binnenkrijg
I come in
binnenkrijgt
you come in
binnenkrijgt
he/she/it comes in
binnenkrijgen
we come in
binnenkrijgen
you all come in
binnenkrijgen
they come in
Past bijzin tense
binnenkreeg
I came in
binnenkreeg
you came in
binnenkreeg
he/she/it came in
binnenkregen
we came in
binnenkregen
you all came in
binnenkregen
they came in
Future bijzin tense
zal binnenkrijgen
I will come in
zult binnenkrijgen
you will come in
zal binnenkrijgen
he/she/it will come in
zullen binnenkrijgen
we will come in
zullen binnenkrijgen
you all will come in
zullen binnenkrijgen
they will come in
Ik
Jij/Je/U
Hij/Zij/Het
Wij/We
Jullie
Zij
Conditional bijzin mood
zou binnenkrijgen
I would come in
zou binnenkrijgen
you would come in
zou binnenkrijgen
he/she/it would come in
zouden binnenkrijgen
we would come in
zouden binnenkrijgen
you all would come in
zouden binnenkrijgen
they would come in
Subjunctive bijzin mood
binnenkrijge
I come in
binnenkrijge
you come in
binnenkrijge
he/she/it come in
binnenkrijge
we come in
binnenkrijge
you all come in
binnenkrijge
they come in
Du
Ihr
Imperative mood
krijg binnen
come in
krijgt binnen
come in

Examples of binnenkrijgen

Example in DutchTranslation in English
Ik heb wel 'n prachtige Damon Dexter binnengekregen voor de verkoop.But I have come into possession of an incredible Damon Dexter that someone's trying to sell, is he...?
Ik ben ooit wel geschrokken toen we Stu Walker binnenkregen.Only thing that freaked me out since working here... is the night old Stu Walker came in.

More Dutch verbs

Related

Not found
We have none.

Similar

Not found
We have none.

Similar but longer

Not found
We have none.

Random

bezomen
edge trimming
bijplussen
do
binden
tie
binnenbreken
in breaking
binnenbrengen
pilot
binnenglippen
sneak
binnenkomen
come in
binnenkruipen
creep
binnenstomen
do
binnenvallen
invade

Other Dutch verbs with the meaning similar to 'come in':

None found.
Learning languages?