Bijknippen (to moonlight) conjugation

Dutch

Conjugation of bijknippen

Ik
Jij/Je/U
Hij/Zij/Het
Wij/We
Jullie
Zij
Present tense
knip bij
I moonlight
knipt bij
you moonlight
knipt bij
he/she/it moonlights
knippen bij
we moonlight
knippen bij
you all moonlight
knippen bij
they moonlight
Present perfect tense
heb bijgeknipt
I have moonlighted
hebt bijgeknipt
you have moonlighted
heeft bijgeknipt
he/she/it has moonlighted
hebben bijgeknipt
we have moonlighted
hebben bijgeknipt
you all have moonlighted
hebben bijgeknipt
they have moonlighted
Past tense
knipte bij
I moonlighted
knipte bij
you moonlighted
knipte bij
he/she/it moonlighted
knipten bij
we moonlighted
knipten bij
you all moonlighted
knipten bij
they moonlighted
Future tense
zal bijknippen
I will moonlight
zult bijknippen
you will moonlight
zal bijknippen
he/she/it will moonlight
zullen bijknippen
we will moonlight
zullen bijknippen
you all will moonlight
zullen bijknippen
they will moonlight
Ik
Jij/Je/U
Hij/Zij/Het
Wij/We
Jullie
Zij
Conditional mood
zou bijknippen
I would moonlight
zou bijknippen
you would moonlight
zou bijknippen
he/she/it would moonlight
zouden bijknippen
we would moonlight
zouden bijknippen
you all would moonlight
zouden bijknippen
they would moonlight
Subjunctive mood
knippe bij
I moonlight
knippe bij
you moonlight
knippe bij
he/she/it moonlight
knippe bij
we moonlight
knippe bij
you all moonlight
knippe bij
they moonlight
Past perfect tense
had bijgeknipt
I had moonlighted
had bijgeknipt
you had moonlighted
had bijgeknipt
he/she/it had moonlighted
hadden bijgeknipt
we had moonlighted
hadden bijgeknipt
you all had moonlighted
hadden bijgeknipt
they had moonlighted
Future perf.
zal bijgeknipt hebben
I will have moonlighted
zal bijgeknipt hebben
you will have moonlighted
zal bijgeknipt hebben
he/she/it will have moonlighted
zullen bijgeknipt hebben
we will have moonlighted
zullen bijgeknipt hebben
you all will have moonlighted
zullen bijgeknipt hebben
they will have moonlighted
Ik
Jij/Je/U
Hij/Zij/Het
Wij/We
Jullie
Zij
Conditional perfect tense
zou bijgeknipt hebben
I would have moonlighted
zou bijgeknipt hebben
you would have moonlighted
zou bijgeknipt hebben
he/she/it would have moonlighted
zouden bijgeknipt hebben
we would have moonlighted
zouden bijgeknipt hebben
you all would have moonlighted
zouden bijgeknipt hebben
they would have moonlighted
Present bijzin tense
bijknip
I moonlight
bijknipt
you moonlight
bijknipt
he/she/it moonlights
bijknippen
we moonlight
bijknippen
you all moonlight
bijknippen
they moonlight
Past bijzin tense
bijknipte
I moonlighted
bijknipte
you moonlighted
bijknipte
he/she/it moonlighted
bijknipten
we moonlighted
bijknipten
you all moonlighted
bijknipten
they moonlighted
Future bijzin tense
zal bijknippen
I will moonlight
zult bijknippen
you will moonlight
zal bijknippen
he/she/it will moonlight
zullen bijknippen
we will moonlight
zullen bijknippen
you all will moonlight
zullen bijknippen
they will moonlight
Ik
Jij/Je/U
Hij/Zij/Het
Wij/We
Jullie
Zij
Conditional bijzin mood
zou bijknippen
I would moonlight
zou bijknippen
you would moonlight
zou bijknippen
he/she/it would moonlight
zouden bijknippen
we would moonlight
zouden bijknippen
you all would moonlight
zouden bijknippen
they would moonlight
Subjunctive bijzin mood
bijknippe
I moonlight
bijknippe
you moonlight
bijknippe
he/she/it moonlight
bijknippe
we moonlight
bijknippe
you all moonlight
bijknippe
they moonlight
Du
Ihr
Imperative mood
knip bij
moonlight
knipt bij
moonlight

More Dutch verbs

Related

Not found
We have none.

Similar

Not found
We have none.

Similar but longer

Not found
We have none.

Random

beven
tremble
bezwadderen
slander
bieden
pray
bijeenzitten
sit together
bijeenzoeken
gather search
bijklussen
moonlight
bijkomen
moonlight
bijschikken
do
bijslijpen
grind
bijstorten
do

Other Dutch verbs with the meaning similar to 'moonlight':

None found.
Learning languages?