Cooljugator Logo Get a Dutch Tutor

bijberekenen

to do

Looking for learning resources? Study with our courses! Get a full course →

Conjugation of bijberekenen

Ik
Jij/Je/U
Hij/Zij/Het
Wij/We
Jullie
Zij
Present tense
bereken bij
I do
berekent bij
you do
berekent bij
he/she/it does
berekenen bij
we do
berekenen bij
you all do
berekenen bij
they do
Present perfect tense
heb bijberekend
I have done
hebt bijberekend
you have done
heeft bijberekend
he/she/it has done
hebben bijberekend
we have done
hebben bijberekend
you all have done
hebben bijberekend
they have done
Past tense
berekende bij
I did
berekende bij
you did
berekende bij
he/she/it did
berekenden bij
we did
berekenden bij
you all did
berekenden bij
they did
Future tense
zal bijberekenen
I will do
zult bijberekenen
you will do
zal bijberekenen
he/she/it will do
zullen bijberekenen
we will do
zullen bijberekenen
you all will do
zullen bijberekenen
they will do
Ik
Jij/Je/U
Hij/Zij/Het
Wij/We
Jullie
Zij
Conditional mood
zou bijberekenen
I would do
zou bijberekenen
you would do
zou bijberekenen
he/she/it would do
zouden bijberekenen
we would do
zouden bijberekenen
you all would do
zouden bijberekenen
they would do
Subjunctive mood
berekene bij
I do
berekene bij
you do
berekene bij
he/she/it do
berekene bij
we do
berekene bij
you all do
berekene bij
they do
Past perfect tense
had bijberekend
I had done
had bijberekend
you had done
had bijberekend
he/she/it had done
hadden bijberekend
we had done
hadden bijberekend
you all had done
hadden bijberekend
they had done
Future perf.
zal bijberekend hebben
I will have done
zal bijberekend hebben
you will have done
zal bijberekend hebben
he/she/it will have done
zullen bijberekend hebben
we will have done
zullen bijberekend hebben
you all will have done
zullen bijberekend hebben
they will have done
Ik
Jij/Je/U
Hij/Zij/Het
Wij/We
Jullie
Zij
Conditional perfect tense
zou bijberekend hebben
I would have done
zou bijberekend hebben
you would have done
zou bijberekend hebben
he/she/it would have done
zouden bijberekend hebben
we would have done
zouden bijberekend hebben
you all would have done
zouden bijberekend hebben
they would have done
Present bijzin tense
bijbereken
I do
bijberekent
you do
bijberekent
he/she/it does
bijberekenen
we do
bijberekenen
you all do
bijberekenen
they do
Past bijzin tense
bijberekende
I did
bijberekende
you did
bijberekende
he/she/it did
bijberekenden
we did
bijberekenden
you all did
bijberekenden
they did
Future bijzin tense
zal bijberekenen
I will do
zult bijberekenen
you will do
zal bijberekenen
he/she/it will do
zullen bijberekenen
we will do
zullen bijberekenen
you all will do
zullen bijberekenen
they will do
Ik
Jij/Je/U
Hij/Zij/Het
Wij/We
Jullie
Zij
Conditional bijzin mood
zou bijberekenen
I would do
zou bijberekenen
you would do
zou bijberekenen
he/she/it would do
zouden bijberekenen
we would do
zouden bijberekenen
you all would do
zouden bijberekenen
they would do
Subjunctive bijzin mood
bijberekene
I do
bijberekene
you do
bijberekene
he/she/it do
bijberekene
we do
bijberekene
you all do
bijberekene
they do
Du
Ihr
Imperative mood
bereken bij
do
berekent bij
do

Further details about this page

LOCATION