Betuttelen (to patronize) conjugation

Dutch
20 examples

Conjugation of betuttelen

Ik
Jij/Je/U
Hij/Zij/Het
Wij/We
Jullie
Zij
Present tense
betuttel
I patronize
betuttelt
you patronize
betuttelt
he/she/it patronizes
betuttelen
we patronize
betuttelen
you all patronize
betuttelen
they patronize
Present perfect tense
heb betutteld
I have patronized
hebt betutteld
you have patronized
heeft betutteld
he/she/it has patronized
hebben betutteld
we have patronized
hebben betutteld
you all have patronized
hebben betutteld
they have patronized
Past tense
betuttelde
I patronized
betuttelde
you patronized
betuttelde
he/she/it patronized
betuttelden
we patronized
betuttelden
you all patronized
betuttelden
they patronized
Future tense
zal betuttelen
I will patronize
zult betuttelen
you will patronize
zal betuttelen
he/she/it will patronize
zullen betuttelen
we will patronize
zullen betuttelen
you all will patronize
zullen betuttelen
they will patronize
Ik
Jij/Je/U
Hij/Zij/Het
Wij/We
Jullie
Zij
Conditional mood
zou betuttelen
I would patronize
zou betuttelen
you would patronize
zou betuttelen
he/she/it would patronize
zouden betuttelen
we would patronize
zouden betuttelen
you all would patronize
zouden betuttelen
they would patronize
Subjunctive mood
betuttele
I patronize
betuttele
you patronize
betuttele
he/she/it patronize
betuttele
we patronize
betuttele
you all patronize
betuttele
they patronize
Past perfect tense
had betutteld
I had patronized
had betutteld
you had patronized
had betutteld
he/she/it had patronized
hadden betutteld
we had patronized
hadden betutteld
you all had patronized
hadden betutteld
they had patronized
Future perf.
zal betutteld hebben
I will have patronized
zal betutteld hebben
you will have patronized
zal betutteld hebben
he/she/it will have patronized
zullen betutteld hebben
we will have patronized
zullen betutteld hebben
you all will have patronized
zullen betutteld hebben
they will have patronized
Ik
Jij/Je/U
Hij/Zij/Het
Wij/We
Jullie
Zij
Conditional perfect tense
zou betutteld hebben
I would have patronized
zou betutteld hebben
you would have patronized
zou betutteld hebben
he/she/it would have patronized
zouden betutteld hebben
we would have patronized
zouden betutteld hebben
you all would have patronized
zouden betutteld hebben
they would have patronized
Du
Ihr
Imperative mood
betuttel
patronize
betuttelt
patronize

Examples of betuttelen

Example in DutchTranslation in English
- Ga me nou niet zitten betuttelen.- Oh, don't patronize me.
- Ga me nu niet betuttelen.Don't patronize me.
- Je hoeft me niet te betuttelen.Don't patronize me, Lynn.
- Je moet me niet betuttelen, mam.Don't patronize me, Mom.
Als je me wil betuttelen, probeer dan eens iets originelers te zijn.You know, if you're gonna patronize me, try to think of something a little more original.
- Alsjeblieft, betuttel me niet.- Please don't patronize me.
- Nee, betuttel me niet.But you're doing great, and you're almost finished. No, don't patronize me.
En betuttel me niet.And you don't patronize me.
Goed dan. Maar wat je ook doet, kameraad, betuttel mij nooit meer.But whatever you do, comrade, never patronize me.
Ik betuttel niet de...I would never patronize the...
En betutteld, en dat is nog erger.Now she's feeling patronized, and that's worse.
Iedereen weet wanneer hij betutteld wordt.Everybody knows when they're being patronized.
Ik voelde me Alice in Wonderland toen ik dat huis binnenstapte, als door een glazen bol, en naar mijn eigen toekomst gluurde, één waar mijn ideeën gewaardeerd werden, niet betutteld, door een vrouw, één die ik nog nooit had ontmoet."I felt like Alice in Wonderland entering that house, through the looking glass, "and peering into my very own future, "one where my ideas were appreciated, not patronized, by a woman unlike any I had ever met before."
Jonge mensen weten wanneer ze betutteld worden.- Young people know when they're being patronized.
William, ik weet zeker dat je het vriendelijk bedoelt, maar ik wil niet dat mijn patiënten zich voelen als betutteld.William, I'm sure you meant it kindly, but I don't want my patients to feel as if they're being patronized.
- Hij is zo betuttelend.He's so patronizing! The way she talks to the vendors!
Alsjeblieft, het is onze laatste dag samen, begin nu niet betuttelend te doen.Please, it's our last day together; don't be patronizing.
Dat is betuttelend.That's patronizing.
Hij is betuttelend, rancuneus en...He's patronizing, vindictive and...
Ik zeg niet dat ik niet gecharmeerd ben van Harvey, maar het is gewoon zo betuttelend als je zegt dat hij kan omgaan met die dingen en, "Louis, je kan alleen omgaan met dit".I'm not saying that I haven't been charmed by Harvey, but it's just so patronizing when you say that he can handle those things and, "Louis, you can only handle this."

More Dutch verbs

Related

Not found
We have none.

Similar

betittelen
do

Similar but longer

Not found
We have none.

Other Dutch verbs with the meaning similar to 'patronize':

None found.
Learning languages?