| Hij wilde tijdens het eten beklemtonen hoe belangrijk m'n aanwezigheid in de rechtbank was. | He invited me to dinner 'cause he wanted to stress the importance of my attendance in court this morning. |
| Ik moet het beklemtonen, als ik 't niet doe, dan hou ik op en als ik ophoud dan word ik echt, erg verdrietig. | I have to stress... because if I don't stress, then I'll stop and if I stop, I'm gonna get really, really sad. |
| We beklemtonen dat er geen direct gevaar is. | We stress that there's no immediate danger. |
| Wanneer ik uit beklemtoond word, Ik speel videospelletjes. | When I get stressed out, I play videogames. |
