Appliqueren (to applique) conjugation

Dutch

Conjugation of appliqueren

Ik
Jij/Je/U
Hij/Zij/Het
Wij/We
Jullie
Zij
Present tense
appliqueer
I applique
appliqueert
you applique
appliqueert
he/she/it appliques
appliqueren
we applique
appliqueren
you all applique
appliqueren
they applique
Present perfect tense
heb geappliqueerd
I have appliqued
hebt geappliqueerd
you have appliqued
heeft geappliqueerd
he/she/it has appliqued
hebben geappliqueerd
we have appliqued
hebben geappliqueerd
you all have appliqued
hebben geappliqueerd
they have appliqued
Past tense
appliqueerde
I appliqued
appliqueerde
you appliqued
appliqueerde
he/she/it appliqued
appliqueerden
we appliqued
appliqueerden
you all appliqued
appliqueerden
they appliqued
Future tense
zal appliqueren
I will applique
zult appliqueren
you will applique
zal appliqueren
he/she/it will applique
zullen appliqueren
we will applique
zullen appliqueren
you all will applique
zullen appliqueren
they will applique
Ik
Jij/Je/U
Hij/Zij/Het
Wij/We
Jullie
Zij
Conditional mood
zou appliqueren
I would applique
zou appliqueren
you would applique
zou appliqueren
he/she/it would applique
zouden appliqueren
we would applique
zouden appliqueren
you all would applique
zouden appliqueren
they would applique
Subjunctive mood
appliquere
I applique
appliquere
you applique
appliquere
he/she/it applique
appliquere
we applique
appliquere
you all applique
appliquere
they applique
Past perfect tense
had geappliqueerd
I had appliqued
had geappliqueerd
you had appliqued
had geappliqueerd
he/she/it had appliqued
hadden geappliqueerd
we had appliqued
hadden geappliqueerd
you all had appliqued
hadden geappliqueerd
they had appliqued
Future perf.
zal geappliqueerd hebben
I will have appliqued
zal geappliqueerd hebben
you will have appliqued
zal geappliqueerd hebben
he/she/it will have appliqued
zullen geappliqueerd hebben
we will have appliqued
zullen geappliqueerd hebben
you all will have appliqued
zullen geappliqueerd hebben
they will have appliqued
Ik
Jij/Je/U
Hij/Zij/Het
Wij/We
Jullie
Zij
Conditional perfect tense
zou geappliqueerd hebben
I would have appliqued
zou geappliqueerd hebben
you would have appliqued
zou geappliqueerd hebben
he/she/it would have appliqued
zouden geappliqueerd hebben
we would have appliqued
zouden geappliqueerd hebben
you all would have appliqued
zouden geappliqueerd hebben
they would have appliqued
Du
Ihr
Imperative mood
appliqueer
applique
appliqueert
applique

More Dutch verbs

Related

Not found
We have none.

Similar

expliqueren
explicate

Similar but longer

Not found
We have none.

Random

aggregeren
do
annuleren
cancel
anonimiseren
anonymize
antichambreren
grovel
apparenteren
do
applaudisseren
applaud
apporteren
applique
arbeiden
work
asserteren
do
assureren
insure

Other Dutch verbs with the meaning similar to 'applique':

None found.
Learning languages?