Achteruitdeinzen (to flinch) conjugation

Dutch
4 examples

Conjugation of achteruitdeinzen

Ik
Jij/Je/U
Hij/Zij/Het
Wij/We
Jullie
Zij
Present tense
deins achteruit
I flinch
deinst achteruit
you flinch
deinst achteruit
he/she/it flinches
deinzen achteruit
we flinch
deinzen achteruit
you all flinch
deinzen achteruit
they flinch
Present perfect tense
ben achteruitgedeinsd
I have flinched
bent achteruitgedeinsd
you have flinched
is achteruitgedeinsd
he/she/it has flinched
zijn achteruitgedeinsd
we have flinched
zijn achteruitgedeinsd
you all have flinched
zijn achteruitgedeinsd
they have flinched
Past tense
deinsde achteruit
I flinched
deinsde achteruit
you flinched
deinsde achteruit
he/she/it flinched
deinsden achteruit
we flinched
deinsden achteruit
you all flinched
deinsden achteruit
they flinched
Future tense
zal achteruitdeinzen
I will flinch
zult achteruitdeinzen
you will flinch
zal achteruitdeinzen
he/she/it will flinch
zullen achteruitdeinzen
we will flinch
zullen achteruitdeinzen
you all will flinch
zullen achteruitdeinzen
they will flinch
Ik
Jij/Je/U
Hij/Zij/Het
Wij/We
Jullie
Zij
Conditional mood
zou achteruitdeinzen
I would flinch
zou achteruitdeinzen
you would flinch
zou achteruitdeinzen
he/she/it would flinch
zouden achteruitdeinzen
we would flinch
zouden achteruitdeinzen
you all would flinch
zouden achteruitdeinzen
they would flinch
Subjunctive mood
deinze achteruit
I flinch
deinze achteruit
you flinch
deinze achteruit
he/she/it flinch
deinze achteruit
we flinch
deinze achteruit
you all flinch
deinze achteruit
they flinch
Past perfect tense
was achteruitgedeinsd
I had flinched
was achteruitgedeinsd
you had flinched
was achteruitgedeinsd
he/she/it had flinched
waren achteruitgedeinsd
we had flinched
waren achteruitgedeinsd
you all had flinched
waren achteruitgedeinsd
they had flinched
Future perf.
zal achteruitgedeinsd zijn
I will have flinched
zal achteruitgedeinsd zijn
you will have flinched
zal achteruitgedeinsd zijn
he/she/it will have flinched
zullen achteruitgedeinsd zijn
we will have flinched
zullen achteruitgedeinsd zijn
you all will have flinched
zullen achteruitgedeinsd zijn
they will have flinched
Ik
Jij/Je/U
Hij/Zij/Het
Wij/We
Jullie
Zij
Conditional perfect tense
zou achteruitgedeinsd zijn
I would have flinched
zou achteruitgedeinsd zijn
you would have flinched
zou achteruitgedeinsd zijn
he/she/it would have flinched
zouden achteruitgedeinsd zijn
we would have flinched
zouden achteruitgedeinsd zijn
you all would have flinched
zouden achteruitgedeinsd zijn
they would have flinched
Present bijzin tense
achteruitdeins
I flinch
achteruitdeinst
you flinch
achteruitdeinst
he/she/it flinches
achteruitdeinzen
we flinch
achteruitdeinzen
you all flinch
achteruitdeinzen
they flinch
Past bijzin tense
achteruitdeinsde
I flinched
achteruitdeinsde
you flinched
achteruitdeinsde
he/she/it flinched
achteruitdeinsden
we flinched
achteruitdeinsden
you all flinched
achteruitdeinsden
they flinched
Future bijzin tense
zal achteruitdeinzen
I will flinch
zult achteruitdeinzen
you will flinch
zal achteruitdeinzen
he/she/it will flinch
zullen achteruitdeinzen
we will flinch
zullen achteruitdeinzen
you all will flinch
zullen achteruitdeinzen
they will flinch
Ik
Jij/Je/U
Hij/Zij/Het
Wij/We
Jullie
Zij
Conditional bijzin mood
zou achteruitdeinzen
I would flinch
zou achteruitdeinzen
you would flinch
zou achteruitdeinzen
he/she/it would flinch
zouden achteruitdeinzen
we would flinch
zouden achteruitdeinzen
you all would flinch
zouden achteruitdeinzen
they would flinch
Subjunctive bijzin mood
achteruitdeinze
I flinch
achteruitdeinze
you flinch
achteruitdeinze
he/she/it flinch
achteruitdeinze
we flinch
achteruitdeinze
you all flinch
achteruitdeinze
they flinch
Du
Ihr
Imperative mood
deins achteruit
flinch
deinst achteruit
flinch

Examples of achteruitdeinzen

Example in DutchTranslation in English
Ze gaat toch niet achteruitdeinzen, hè?She's not gonna flinch, is she?
- Wat? Zeven jaar terug, op dit podium, in dit kostuum... ben ik achteruitgedeinsd.Seven years ago on this very stage in this very costume, I flinched.
- Je deinsde achteruit. - Wat deed ik?- You flinched.
Je deinsde achteruit. - Heel erg.- Honey, I'm sorry, you flinched!

More Dutch verbs

Related

Not found
We have none.

Similar

Not found
We have none.

Similar but longer

Not found
We have none.

Other Dutch verbs with the meaning similar to 'flinch':

None found.
Learning languages?