Wegslinken (to do) conjugation

Dutch

Conjugation of wegslinken

Ik
Jij/Je/U
Hij/Zij/Het
Wij/We
Jullie
Zij
Present tense
slink weg
I do
slinkt weg
you do
slinkt weg
he/she/it does
slinken weg
we do
slinken weg
you all do
slinken weg
they do
Present perfect tense
ben weggeslonken
I have done
bent weggeslonken
you have done
is weggeslonken
he/she/it has done
zijn weggeslonken
we have done
zijn weggeslonken
you all have done
zijn weggeslonken
they have done
Past tense
slonk weg
I did
slonk weg
you did
slonk weg
he/she/it did
slonken weg
we did
slonken weg
you all did
slonken weg
they did
Future tense
zal wegslinken
I will do
zult wegslinken
you will do
zal wegslinken
he/she/it will do
zullen wegslinken
we will do
zullen wegslinken
you all will do
zullen wegslinken
they will do
Ik
Jij/Je/U
Hij/Zij/Het
Wij/We
Jullie
Zij
Conditional mood
zou wegslinken
I would do
zou wegslinken
you would do
zou wegslinken
he/she/it would do
zouden wegslinken
we would do
zouden wegslinken
you all would do
zouden wegslinken
they would do
Subjunctive mood
slinke weg
I do
slinke weg
you do
slinke weg
he/she/it do
slinke weg
we do
slinke weg
you all do
slinke weg
they do
Past perfect tense
was weggeslonken
I had done
was weggeslonken
you had done
was weggeslonken
he/she/it had done
waren weggeslonken
we had done
waren weggeslonken
you all had done
waren weggeslonken
they had done
Future perf.
zal weggeslonken zijn
I will have done
zal weggeslonken zijn
you will have done
zal weggeslonken zijn
he/she/it will have done
zullen weggeslonken zijn
we will have done
zullen weggeslonken zijn
you all will have done
zullen weggeslonken zijn
they will have done
Ik
Jij/Je/U
Hij/Zij/Het
Wij/We
Jullie
Zij
Conditional perfect tense
zou weggeslonken zijn
I would have done
zou weggeslonken zijn
you would have done
zou weggeslonken zijn
he/she/it would have done
zouden weggeslonken zijn
we would have done
zouden weggeslonken zijn
you all would have done
zouden weggeslonken zijn
they would have done
Present bijzin tense
wegslink
I do
wegslinkt
you do
wegslinkt
he/she/it does
wegslinken
we do
wegslinken
you all do
wegslinken
they do
Past bijzin tense
wegslonk
I did
wegslonk
you did
wegslonk
he/she/it did
wegslonken
we did
wegslonken
you all did
wegslonken
they did
Future bijzin tense
zal wegslinken
I will do
zult wegslinken
you will do
zal wegslinken
he/she/it will do
zullen wegslinken
we will do
zullen wegslinken
you all will do
zullen wegslinken
they will do
Ik
Jij/Je/U
Hij/Zij/Het
Wij/We
Jullie
Zij
Conditional bijzin mood
zou wegslinken
I would do
zou wegslinken
you would do
zou wegslinken
he/she/it would do
zouden wegslinken
we would do
zouden wegslinken
you all would do
zouden wegslinken
they would do
Subjunctive bijzin mood
wegslinke
I do
wegslinke
you do
wegslinke
he/she/it do
wegslinke
we do
wegslinke
you all do
wegslinke
they do
Du
Ihr
Imperative mood
slink weg
do
slinkt weg
do

More Dutch verbs

Related

Not found
We have none.

Similar

wegslikken
swallow
wegslippen
do

Similar but longer

Not found
We have none.

Other Dutch verbs with the meaning similar to 'do':

None found.
Learning languages?