Zieden (to do) conjugation

Dutch
4 examples

Conjugation of zieden

Ik
Jij/Je/U
Hij/Zij/Het
Wij/We
Jullie
Zij
Present tense
zied
I do
ziedt
you do
ziedt
he/she/it does
zieden
we do
zieden
you all do
zieden
they do
Present perfect tense
heb gezoden
I have done
hebt gezoden
you have done
heeft gezoden
he/she/it has done
hebben gezoden
we have done
hebben gezoden
you all have done
hebben gezoden
they have done
Past tense
zood
I did
zood
you did
zood
he/she/it did
zoden
we did
zoden
you all did
zoden
they did
Future tense
zal zieden
I will do
zult zieden
you will do
zal zieden
he/she/it will do
zullen zieden
we will do
zullen zieden
you all will do
zullen zieden
they will do
Ik
Jij/Je/U
Hij/Zij/Het
Wij/We
Jullie
Zij
Conditional mood
zou zieden
I would do
zou zieden
you would do
zou zieden
he/she/it would do
zouden zieden
we would do
zouden zieden
you all would do
zouden zieden
they would do
Subjunctive mood
ziede
I do
ziede
you do
ziede
he/she/it do
ziede
we do
ziede
you all do
ziede
they do
Past perfect tense
had gezoden
I had done
had gezoden
you had done
had gezoden
he/she/it had done
hadden gezoden
we had done
hadden gezoden
you all had done
hadden gezoden
they had done
Future perf.
zal gezoden hebben
I will have done
zal gezoden hebben
you will have done
zal gezoden hebben
he/she/it will have done
zullen gezoden hebben
we will have done
zullen gezoden hebben
you all will have done
zullen gezoden hebben
they will have done
Ik
Jij/Je/U
Hij/Zij/Het
Wij/We
Jullie
Zij
Conditional perfect tense
zou gezoden hebben
I would have done
zou gezoden hebben
you would have done
zou gezoden hebben
he/she/it would have done
zouden gezoden hebben
we would have done
zouden gezoden hebben
you all would have done
zouden gezoden hebben
they would have done
Du
Ihr
Imperative mood
zied
do
ziedt
do

Examples of zieden

Example in DutchTranslation in English
maar, uh, soms... zied het er niet uit naar echt werk.But, uh, sometimes... it sure doesn't look like business.
Het heeft geen zoden aan de dijk gezet, maar hoe kon dit gebeuren?I'm not saying that led to anything, I just... How did this happen ?
Waarom heb je me dat over die zoden vertelt?Why did you give me that big sod story?
Ze gebruikten geen modder, maar zoden.They didn't use mud, they used sod!

More Dutch verbs

Related

Not found
We have none.

Similar

bieden
pray
hoeden
tend
kleden
clothe
kneden
knead
sleden
do
smeden
forge
treden
pace
voeden
feed
wieden
weed
woeden
rage
zanden
do
zenden
leather
zieken
do
ziften
sieve
zijgen
slump

Similar but longer

Not found
We have none.

Random

weiven
do
welvaren
be succesful
wielen
do
wroegen
do
zaligen
descend
zegepralen
triumph
zichten
do
ziegezagen
do
zolen
sole
zullen
shall

Other Dutch verbs with the meaning similar to 'do':

None found.
Learning languages?