Overleggen (to leave) conjugation

Dutch
10 examples

Conjugation of overleggen

Ik
Jij/Je/U
Hij/Zij/Het
Wij/We
Jullie
Zij
Present tense
overleg
I leave
overlegt
you leave
overlegt
he/she/it leaves
overleggen
we leave
overleggen
you all leave
overleggen
they leave
Present perfect tense
heb overlegd
I have left
hebt overlegd
you have left
heeft overlegd
he/she/it has left
hebben overlegd
we have left
hebben overlegd
you all have left
hebben overlegd
they have left
Past tense
overlegde
I left
overlegde
you left
overlegde
he/she/it left
overlegden
we left
overlegden
you all left
overlegden
they left
Future tense
zal overleggen
I will leave
zult overleggen
you will leave
zal overleggen
he/she/it will leave
zullen overleggen
we will leave
zullen overleggen
you all will leave
zullen overleggen
they will leave
Ik
Jij/Je/U
Hij/Zij/Het
Wij/We
Jullie
Zij
Conditional mood
zou overleggen
I would leave
zou overleggen
you would leave
zou overleggen
he/she/it would leave
zouden overleggen
we would leave
zouden overleggen
you all would leave
zouden overleggen
they would leave
Subjunctive mood
overlegge
I leave
overlegge
you leave
overlegge
he/she/it leave
overlegge
we leave
overlegge
you all leave
overlegge
they leave
Past perfect tense
had overlegd
I had left
had overlegd
you had left
had overlegd
he/she/it had left
hadden overlegd
we had left
hadden overlegd
you all had left
hadden overlegd
they had left
Future perf.
zal overlegd hebben
I will have left
zal overlegd hebben
you will have left
zal overlegd hebben
he/she/it will have left
zullen overlegd hebben
we will have left
zullen overlegd hebben
you all will have left
zullen overlegd hebben
they will have left
Ik
Jij/Je/U
Hij/Zij/Het
Wij/We
Jullie
Zij
Conditional perfect tense
zou overlegd hebben
I would have left
zou overlegd hebben
you would have left
zou overlegd hebben
he/she/it would have left
zouden overlegd hebben
we would have left
zouden overlegd hebben
you all would have left
zouden overlegd hebben
they would have left
Du
Ihr
Imperative mood
overleg
leave
overlegt
leave

Examples of overleggen

Example in DutchTranslation in English
Dames, ik zal u laten om te overleggen.Ladies, I will leave you to consider.
De Arbeiderspartij gaat overleggen, en de rest vertrekt.Let's let Labour sort this out, while the rest of us leave the room.
Edelachtbare, ik moet overleggen...When did he leave?
Hij wil die van 20 cm, maar z'n vrouw is erbij dus de dokter zegt net als onze advocaat: Ik laat u even overleggen.He says he fancies the eight-inch, but his wife's there, so the surgeon says, just as that lawyer has, "I'll leave you to talk. "
Ik bedoel, dat je zomaar vertrekt zonder wat te zeggen met deze mensen zonder te overleggen met Michael en mij, en nu verwacht je van me...... lk denk dat ik dat zelfingenomen jongetje weer ben.I mean, God, you just leave without even saying goodbye with those people without even discussing it with Michael and I, and now you expect me... I guess I'm just being a self-indulgent little boy again.
Dat betekent dat onze klanten persoonlijk worden bezocht en er meer overleg moet zijn.By this I mean that sales of older homes indent on an individual basis leaves considerably more room for negotiations.
Ik bedoel, soms doe ik dat, weet je wel, dan heb ik de voicemail gekregen, en dan overleg ik met mezelf of ik wel of niet direct terug moet bellen.I mean, sometimes I do that. You know, I get the voice mail and then I debate whether or not I should leave a message.
Ik denk dat zij hun strategisch overleg hebben gehad en op jacht gaanI guess they had completed their strategy talks. And preparing to leave.
Maar als u nu vertrekt, is het overleg voorbij en begint de oorlog.But if you leave now, the peace process is over, and the war begins.
Mattie, laat zulke dingen aan mij over. Of overleg althans eerst met me voor je zulke afspraken aangaat.Mattie, I wish you would leave these matters entirely to me, or at the very least, do me the courtesy of consulting me before entering such agreements.

More Dutch verbs

Related

Not found
We have none.

Similar

neerleggen
lower
overliggen
do
weerleggen
refute

Similar but longer

Not found
We have none.

Other Dutch verbs with the meaning similar to 'leave':

None found.
Learning languages?