Niëlleren (to sneeze) conjugation

Dutch

Conjugation of eiti

Ik
Jij/Je/U
Hij/Zij/Het
Wij/We
Jullie
Zij
Present tense
niëlleer
I sneeze
niëlleert
you sneeze
niëlleert
he/she/it sneezes
niëlleren
we sneeze
niëlleren
you all sneeze
niëlleren
they sneeze
Present perfect tense
heb geniëlleerd
I have sneezed
hebt geniëlleerd
you have sneezed
heeft geniëlleerd
he/she/it has sneezed
hebben geniëlleerd
we have sneezed
hebben geniëlleerd
you all have sneezed
hebben geniëlleerd
they have sneezed
Past tense
niëlleerde
I sneezed
niëlleerde
you sneezed
niëlleerde
he/she/it sneezed
niëlleerden
we sneezed
niëlleerden
you all sneezed
niëlleerden
they sneezed
Future tense
zal niëlleren
I will sneeze
zult niëlleren
you will sneeze
zal niëlleren
he/she/it will sneeze
zullen niëlleren
we will sneeze
zullen niëlleren
you all will sneeze
zullen niëlleren
they will sneeze
Ik
Jij/Je/U
Hij/Zij/Het
Wij/We
Jullie
Zij
Conditional mood
zou niëlleren
I would sneeze
zou niëlleren
you would sneeze
zou niëlleren
he/she/it would sneeze
zouden niëlleren
we would sneeze
zouden niëlleren
you all would sneeze
zouden niëlleren
they would sneeze
Subjunctive mood
niëllere
I sneeze
niëllere
you sneeze
niëllere
he/she/it sneeze
niëllere
we sneeze
niëllere
you all sneeze
niëllere
they sneeze
Past perfect tense
had geniëlleerd
I had sneezed
had geniëlleerd
you had sneezed
had geniëlleerd
he/she/it had sneezed
hadden geniëlleerd
we had sneezed
hadden geniëlleerd
you all had sneezed
hadden geniëlleerd
they had sneezed
Future perf.
zal geniëlleerd hebben
I will have sneezed
zal geniëlleerd hebben
you will have sneezed
zal geniëlleerd hebben
he/she/it will have sneezed
zullen geniëlleerd hebben
we will have sneezed
zullen geniëlleerd hebben
you all will have sneezed
zullen geniëlleerd hebben
they will have sneezed
Ik
Jij/Je/U
Hij/Zij/Het
Wij/We
Jullie
Zij
Conditional perfect tense
zou geniëlleerd hebben
I would have sneezed
zou geniëlleerd hebben
you would have sneezed
zou geniëlleerd hebben
he/she/it would have sneezed
zouden geniëlleerd hebben
we would have sneezed
zouden geniëlleerd hebben
you all would have sneezed
zouden geniëlleerd hebben
they would have sneezed
Du
Ihr
Imperative mood
niëlleer
sneeze
niëlleert
sneeze

More Dutch verbs

Related

Not found
We have none.

Similar

Not found
We have none.

Similar but longer

Not found
We have none.

Random

neerladen
down load
neertrappen
down stairs
neerwerpen
throw down
neerzitten
sit down
netten
do
neuriën
hum
nevelen
do
niesen
sneeze
oculeren
inoculate
oehoeën
do

Other Dutch verbs with the meaning similar to 'sneeze':

None found.
Learning languages?