Meeklinken (to resonate) conjugation

Dutch

Conjugation of meeklinken

Ik
Jij/Je/U
Hij/Zij/Het
Wij/We
Jullie
Zij
Present tense
klink mee
I resonate
klinkt mee
you resonate
klinkt mee
he/she/it resonates
klinken mee
we resonate
klinken mee
you all resonate
klinken mee
they resonate
Present perfect tense
heb meegeklonken
I have resonated
hebt meegeklonken
you have resonated
heeft meegeklonken
he/she/it has resonated
hebben meegeklonken
we have resonated
hebben meegeklonken
you all have resonated
hebben meegeklonken
they have resonated
Past tense
klonk mee
I resonated
klonk mee
you resonated
klonk mee
he/she/it resonated
klonken mee
we resonated
klonken mee
you all resonated
klonken mee
they resonated
Future tense
zal meeklinken
I will resonate
zult meeklinken
you will resonate
zal meeklinken
he/she/it will resonate
zullen meeklinken
we will resonate
zullen meeklinken
you all will resonate
zullen meeklinken
they will resonate
Ik
Jij/Je/U
Hij/Zij/Het
Wij/We
Jullie
Zij
Conditional mood
zou meeklinken
I would resonate
zou meeklinken
you would resonate
zou meeklinken
he/she/it would resonate
zouden meeklinken
we would resonate
zouden meeklinken
you all would resonate
zouden meeklinken
they would resonate
Subjunctive mood
klinke mee
I resonate
klinke mee
you resonate
klinke mee
he/she/it resonate
klinke mee
we resonate
klinke mee
you all resonate
klinke mee
they resonate
Past perfect tense
had meegeklonken
I had resonated
had meegeklonken
you had resonated
had meegeklonken
he/she/it had resonated
hadden meegeklonken
we had resonated
hadden meegeklonken
you all had resonated
hadden meegeklonken
they had resonated
Future perf.
zal meegeklonken hebben
I will have resonated
zal meegeklonken hebben
you will have resonated
zal meegeklonken hebben
he/she/it will have resonated
zullen meegeklonken hebben
we will have resonated
zullen meegeklonken hebben
you all will have resonated
zullen meegeklonken hebben
they will have resonated
Ik
Jij/Je/U
Hij/Zij/Het
Wij/We
Jullie
Zij
Conditional perfect tense
zou meegeklonken hebben
I would have resonated
zou meegeklonken hebben
you would have resonated
zou meegeklonken hebben
he/she/it would have resonated
zouden meegeklonken hebben
we would have resonated
zouden meegeklonken hebben
you all would have resonated
zouden meegeklonken hebben
they would have resonated
Present bijzin tense
meeklink
I resonate
meeklinkt
you resonate
meeklinkt
he/she/it resonates
meeklinken
we resonate
meeklinken
you all resonate
meeklinken
they resonate
Past bijzin tense
meeklonk
I resonated
meeklonk
you resonated
meeklonk
he/she/it resonated
meeklonken
we resonated
meeklonken
you all resonated
meeklonken
they resonated
Future bijzin tense
zal meeklinken
I will resonate
zult meeklinken
you will resonate
zal meeklinken
he/she/it will resonate
zullen meeklinken
we will resonate
zullen meeklinken
you all will resonate
zullen meeklinken
they will resonate
Ik
Jij/Je/U
Hij/Zij/Het
Wij/We
Jullie
Zij
Conditional bijzin mood
zou meeklinken
I would resonate
zou meeklinken
you would resonate
zou meeklinken
he/she/it would resonate
zouden meeklinken
we would resonate
zouden meeklinken
you all would resonate
zouden meeklinken
they would resonate
Subjunctive bijzin mood
meeklinke
I resonate
meeklinke
you resonate
meeklinke
he/she/it resonate
meeklinke
we resonate
meeklinke
you all resonate
meeklinke
they resonate
Du
Ihr
Imperative mood
klink m
resonate
klinkt
resonate

More Dutch verbs

Related

Not found
We have none.

Similar

meedrinken
do

Similar but longer

Not found
We have none.

Random

lunzen
do
mallen
do
manoeuvreren
maneuver
meedelen
inform
meefietsen
cycle along
meehelpen
assist
meekomen
come
meesmuilen
smirk
meevoelen
sympathize
meewandelen
walk for the

Other Dutch verbs with the meaning similar to 'resonate':

None found.
Learning languages?