Inschenken (to pour) conjugation

Dutch
34 examples

Conjugation of inschenken

Ik
Jij/Je/U
Hij/Zij/Het
Wij/We
Jullie
Zij
Present tense
schenk in
I pour
schenkt in
you pour
schenkt in
he/she/it pours
schenken in
we pour
schenken in
you all pour
schenken in
they pour
Present perfect tense
heb ingeschonken
I have poured
hebt ingeschonken
you have poured
heeft ingeschonken
he/she/it has poured
hebben ingeschonken
we have poured
hebben ingeschonken
you all have poured
hebben ingeschonken
they have poured
Past tense
schonk in
I poured
schonk in
you poured
schonk in
he/she/it poured
schonken in
we poured
schonken in
you all poured
schonken in
they poured
Future tense
zal inschenken
I will pour
zult inschenken
you will pour
zal inschenken
he/she/it will pour
zullen inschenken
we will pour
zullen inschenken
you all will pour
zullen inschenken
they will pour
Ik
Jij/Je/U
Hij/Zij/Het
Wij/We
Jullie
Zij
Conditional mood
zou inschenken
I would pour
zou inschenken
you would pour
zou inschenken
he/she/it would pour
zouden inschenken
we would pour
zouden inschenken
you all would pour
zouden inschenken
they would pour
Subjunctive mood
schenke in
I pour
schenke in
you pour
schenke in
he/she/it pour
schenke in
we pour
schenke in
you all pour
schenke in
they pour
Past perfect tense
had ingeschonken
I had poured
had ingeschonken
you had poured
had ingeschonken
he/she/it had poured
hadden ingeschonken
we had poured
hadden ingeschonken
you all had poured
hadden ingeschonken
they had poured
Future perf.
zal ingeschonken hebben
I will have poured
zal ingeschonken hebben
you will have poured
zal ingeschonken hebben
he/she/it will have poured
zullen ingeschonken hebben
we will have poured
zullen ingeschonken hebben
you all will have poured
zullen ingeschonken hebben
they will have poured
Ik
Jij/Je/U
Hij/Zij/Het
Wij/We
Jullie
Zij
Conditional perfect tense
zou ingeschonken hebben
I would have poured
zou ingeschonken hebben
you would have poured
zou ingeschonken hebben
he/she/it would have poured
zouden ingeschonken hebben
we would have poured
zouden ingeschonken hebben
you all would have poured
zouden ingeschonken hebben
they would have poured
Present bijzin tense
inschenk
I pour
inschenkt
you pour
inschenkt
he/she/it pours
inschenken
we pour
inschenken
you all pour
inschenken
they pour
Past bijzin tense
inschonk
I poured
inschonk
you poured
inschonk
he/she/it poured
inschonken
we poured
inschonken
you all poured
inschonken
they poured
Future bijzin tense
zal inschenken
I will pour
zult inschenken
you will pour
zal inschenken
he/she/it will pour
zullen inschenken
we will pour
zullen inschenken
you all will pour
zullen inschenken
they will pour
Ik
Jij/Je/U
Hij/Zij/Het
Wij/We
Jullie
Zij
Conditional bijzin mood
zou inschenken
I would pour
zou inschenken
you would pour
zou inschenken
he/she/it would pour
zouden inschenken
we would pour
zouden inschenken
you all would pour
zouden inschenken
they would pour
Subjunctive bijzin mood
inschenke
I pour
inschenke
you pour
inschenke
he/she/it pour
inschenke
we pour
inschenke
you all pour
inschenke
they pour
Du
Ihr
Imperative mood
schenk in
pour
schenkt in
pour

Examples of inschenken

Example in DutchTranslation in English
- Dat klopt, je kunt gaan zitten... en een glas 'hou je mond' inschenken.Uh, that's right, so you can sit down and pour yourself a tall glass of shut up and don't speak for the next hour.
- Dus kan ik koffie voor je inschenken?- So, go ahead and pour you some coffee?
- Ik ben nog steeds aan het inschenken.I'm still pouring.
- Ik help je inschenken.I'll help you pour.
- Ik zal koffie inschenken.- [Deanna] I'll pour coffee.
En schenk in.And pour.
Genoeg geklets, schenk in.Cut the small talk and pour.
Ik schenk in.I'll pour.
Ja, schenk in.Yeah, pour this.
Kom op, schenk in.Go on, pour it out.
Ik haal de olijven, jij schenkt in.I'll get the olives. You pour.
Men schenkt in van rechts.One pours from the right.
Nee, schat, Hester schenkt in.No, darling. Hester will pour.
Owen was niet toe aan een relatie waarvoor hij meer moest doen dan drankjes schenken in een bar.Owen was not ready for an emotional relationship that had responsibilities exceeding those of pouring drinks in a bar.
- Hé Willie, ik heb er eentje voor je ingeschonken.- Hey, Willie, got one poured for you.
- Ik heb een glas ingeschonken.- I just poured one glass.
Als je wat drankjes hebt ingeschonken ga je naar achter.When you've poured those first drinks, you go in the back.
Celia de melk is ingeschonken!Celia, the milk is poured!
De wijn was alleen ingeschonken.Wine poured but not drank.
- Wilt je dat ik dit inschenk voor je?- Would you like me to pour this for you? _BAR_
Als ik al mijn glazen zo inschenk, verlies ik geld.If I pour all my glasses like that, I lose money.
Dat is waarom ik meer wijn inschenk, het helpt, geloof me.That's why I'm pouring more wine, it helps, trust me.
Ik denk dat ik mij beter een andere Crantini inschenk.I guess I better pour myself another Crantini.
Liefje, zou je de telefoon voor me kunnen opnemen... terwijl ik champagne inschenk?Sweet cheeks, do you think you could go over and answer the phone for me while l pour us some champagne?
- Ja, mits je nog iets inschenkt.Yes... if you pour me another one of those.
- Luister ik wil dat jij een heerlijk koud biertje inschenkt want ik heb erg veel dorst.- Listen, I want you to pour me a nice cold beer because I'm really thirsty.
Als je geen drankjes inschenkt, dan los je mysteries op.When you're not pouring drinks, you're solving mysteries.
Als jij inschenkt neem ik er ook één.If you're pouring, I'll take a dram.
Als ze je water inschenkt, zeg je: Wauw, water.If she pour you some water, you gotta go, "Wow, water!
Als m'n tante iets voor je inschonk, zei ze altijd: Zeg maar 'ho'.[Meredith] I have an aunt who, whenever she poured anything for you, would say, "Say when. "
Audrey Chadwick was een van de vrouwen die uw man drankjes inschonk.Audrey Chadwick was one of the women who poured drinks for your husband.
Dit bier dat je me net inschonk, Sam, kan vol zitten met giftige stoffen.This beer you just poured me, sam, could be filled with toxins.
Hier was Yvette, die naar u lachte en u iets te drinken inschonk.Then Yvette met you, and smiled, and poured you a drink.
Toen zij hem de scotch inschonk waar hij om verzocht had, begon de cliënt zich af te vragen... hoe hij precies van plan was om haar bezittingen te verbergen.As she poured him the scotch he requested, The client began to wonder exactly how he planned to hide her assets from the husband she was divorcing.

More Dutch verbs

Related

Not found
We have none.

Similar

afschenken
do
beschenken
endow
inscheppen
do
inscherpen
do
inscheuren
tear
inschikken
do
omschenken
do
opschenken
brew

Similar but longer

Not found
We have none.

Random

informatiseren
computerize
ingooien
throw in
inkuipen
cooper
inmaken
pickle
inpakken
pack up
inpraten
do
inschatten
assess
inschepen
embark
insemineren
tip off
inspecteren
inspect

Other Dutch verbs with the meaning similar to 'pour':

None found.
Learning languages?