Beledigen (to insult) conjugation

Dutch
35 examples

Conjugation of beledigen

Ik
Jij/Je/U
Hij/Zij/Het
Wij/We
Jullie
Zij
Present tense
beledig
I insult
beledigt
you insult
beledigt
he/she/it insults
beledigen
we insult
beledigen
you all insult
beledigen
they insult
Present perfect tense
heb beledigd
I have insulted
hebt beledigd
you have insulted
heeft beledigd
he/she/it has insulted
hebben beledigd
we have insulted
hebben beledigd
you all have insulted
hebben beledigd
they have insulted
Past tense
beledigde
I insulted
beledigde
you insulted
beledigde
he/she/it insulted
beledigden
we insulted
beledigden
you all insulted
beledigden
they insulted
Future tense
zal beledigen
I will insult
zult beledigen
you will insult
zal beledigen
he/she/it will insult
zullen beledigen
we will insult
zullen beledigen
you all will insult
zullen beledigen
they will insult
Ik
Jij/Je/U
Hij/Zij/Het
Wij/We
Jullie
Zij
Conditional mood
zou beledigen
I would insult
zou beledigen
you would insult
zou beledigen
he/she/it would insult
zouden beledigen
we would insult
zouden beledigen
you all would insult
zouden beledigen
they would insult
Subjunctive mood
beledige
I insult
beledige
you insult
beledige
he/she/it insult
beledige
we insult
beledige
you all insult
beledige
they insult
Past perfect tense
had beledigd
I had insulted
had beledigd
you had insulted
had beledigd
he/she/it had insulted
hadden beledigd
we had insulted
hadden beledigd
you all had insulted
hadden beledigd
they had insulted
Future perf.
zal beledigd hebben
I will have insulted
zal beledigd hebben
you will have insulted
zal beledigd hebben
he/she/it will have insulted
zullen beledigd hebben
we will have insulted
zullen beledigd hebben
you all will have insulted
zullen beledigd hebben
they will have insulted
Ik
Jij/Je/U
Hij/Zij/Het
Wij/We
Jullie
Zij
Conditional perfect tense
zou beledigd hebben
I would have insulted
zou beledigd hebben
you would have insulted
zou beledigd hebben
he/she/it would have insulted
zouden beledigd hebben
we would have insulted
zouden beledigd hebben
you all would have insulted
zouden beledigd hebben
they would have insulted
Du
Ihr
Imperative mood
beledig
insult
beledigt
insult

Examples of beledigen

Example in DutchTranslation in English
'Je moet een meisje passief beledigen, dus actief je desinteresse tonen."When you meet a girl,you need to passively insult her," thus actively demonstrating your disintere
- Als iemand je uitnodigt, wil je hem niet beledigen.Somebody invites you over, the last thing you wanna do is insult them.
- Ben je me nu aan het beledigen?- Are you insulting me now?
- Door me te beledigen?By insulting me?
- Door zijn ouders te beledigen?By insulting his parents?
- Danny, beledig mijn kwaliteiten niet.Please, Danny, don't insult my professionalism.
- Goed, beledig mij.Good, insult me!
- Ik beledig niemand.I'm not insulting anyone.
- Ik beledig u?- I'm insulting you?
- Nou beledig je mij.- Och, now you're insulting me.
'Ik sla de zon als die mij beledigt.'"I'd strike the sun if it insulted me.
- Agent, hij beledigt me.- Tell your prisoner not to insult me.
- Alleen als je me beledigt.Only if you insult me.
- Als hij me beledigt...- lt's when he insults me...
- Als je hem maar niet beledigt.- Ah, but what? They don't take kindly to insults, you know.
"Je hebt deze beeldschone dame beledigd, Corcoran" zei De Grap."'You have insulted the honor of this beautiful woman, Corcoran' said the Duck.
'Het spijt me, dat ik je heb beledigd vanmiddag.- I insulted you late this afternoon.
'Je hebt mijn vrouw beledigd.'-"You have insulted my wife."
- Als ik ga, voel ik me beledigd.- If I go, they'll end up insulted.
- En daarom zijn ze beledigd?- And that's what they're insulted about?
- Alleen maar omdat ik je beledigde?Just because I insulted you?
- Haar aanwezigheid beledigde mij.Her presence insulted me.
- Hij beledigde alleen maar iedereen.- And he acted insulted and injured.
- Hij beledigde collega's, klanten...He insulted everyone: coworkers, clients...
- Hij beledigde een hogere officier.He insulted a senior officer.
'Sedert jaren terroriseerden jullie ons volk, beledigden Allah en onze cultuur.For years you Americans have terrorized our people, insulted Allah and our culture.
- Ze beledigden ons.- They insulted us, sir.
Ja, Tillman vermoordde overal mannen die hun eigen vrouw beledigden.Yeah, Tillman went around the country killing guys who insulted their own wives. That seems weird.
Je woorden beledigden haar.Your words insulted her.
Maar ze beledigden Pantoufle.But they insulted Pantoufle! I don't care.
'Het was shockend, schokkend, beledigend... en ik heb er iedere minuut van genoten." It was shocking, outrageous, insulting and I loved every minute of it."
- Dat is beledigend en heel erg beledigend.Okay that is both insulting and very insulting.
- Dat is onbeleefd en beledigend.That's actually impolite and insulting.
- Dit is beledigend.Wait, this is insulting, right?
- Doe niet zo beledigend.Don't be insulting.

More Dutch verbs

Related

Not found
We have none.

Similar

benodigen
need

Similar but longer

Not found
We have none.

Random

bekappen
cope
bekeren
convert
beladen
burden
belanden
end up
belasteren
slander
belazeren
cheat
belegeren
besiege
beleggen
invest
bemantelen
cloak
bemerken
notice

Other Dutch verbs with the meaning similar to 'insult':

None found.
Learning languages?